1. Openen van de wagen
Trek vervolgens de duwstang naar boven, tot het onderstel vastklikt.
LET OP! Verzeker u er voor het gebruik van dat alle vergrendelingen
gesloten zijn.
2. De wielen bevestigen
Druk op de knop (1) en steek de achterwielen in de achteras (2) tot ze vastzitten.
Druk, om de wielen af te nemen, op de knop (1) om de wielen te ontgrendelen.
De wielen kunnen nu uit de as gehaald worden.
Bevestig de voorwielen door het wielblok op de as te schuiven totdat ze op hun plaats klikken.
Druk, om de voorwielen af te nemen, op de knop onder het voorwielblok en schuif het wielblok van de as af.
3. Het zwenken en vastzetten van de voorwielen
Druk de hendel naar beneden om de wielen vast te zetten.
Druk de hendel omhoog voor de zwenkpositie van de wielen.
4. De rem bedienen
Druk, om de rem vast te zetten, de hendel naar beneden.
Ontgrendel de rem door de hendel omhoog te halen.
Let op! Als u uw kind in de kinderwagen zet of er uitneemt, moet de rem altijd vastgezet zijn.
5. Plaatsen en omdraaien van de buggyzit
Bevestig de buggyzit door het op het frame te plaatsen en aan te drukken totdat het op zijn plaats klikt.
Om de zitting weg te nemen en te verzetten, trekt u aan de hendels aan de beide adapters van de
ziteenheid en tilt u de zitting op.
6. Aanbrengen van het dak
Bevestig het dak met behulp van de beide plastic houders aan het zitframe.
7. Bevestigen en verwijderen van de veiligheidsbeugel
Plaats de veiligheidsbeugel door het in de kunststof houders aan beide zijden te klikken.
Druk, om de beugel te verwijderen, de knoppen aan beide zijden in en neem de beugel weg.
NL - 17