208
Aanbevelingen en tips ...
... over de opspeldbare microfonen ME 2 en ME 4
Plaats de microfoon op een centrale positie, daarmee signaalfluctuaties,
die bij een hoofddraaiing kunnen optreden, binnen het kader blijven.
Vermijd de inwerking van zweet door directe huidcontact.
Monteer de microfoon zorgvuldig en leg de leiding dusdanig aan, dat
geen geluid door wrijving aan de kleding ontstaat.
Gebruik de ME 4 richtmicrofonen steeds met plopkap en positioneer zij
dusdanig, dat zij in richting van de geluidsbron (bijv. mond) wijzen.
... over de headset-microfoon ME 3
Gebruik de microfonen steeds met plopkap en positioneer zij dusdanig,
dat zij in de mondhoek zitten.
Door de afstand naar de mond kunt u de diepteweergave variëren.
Let daarbij erop, dat de spreekcel in richting van de mond wijst. De
spreekcel is door een puntje gekenmerkt.
... over de zakzender SK 300
Kruis niet de antenne en de microfoonleiding.
De antenne niet direct op de lichaam plaatsen. Indien mogelijk, de zender
met vrij hangende antenne in bedrijf stellen.
Het optimaal geluid wordt door een correcte modulatie van de zender
bereikt.
... over de radiomicrofoon SKM 300
Pak de radiomicrofoon in het midden van de greep vast. Als u de
microfoon verder boven (in richting van de spreekcel) vastpakt, wordt de
richtkarakteristiek van de microfoon beïnvloedt. Als u de microfoon in
het onderste bereik vastpakt, wordt het uitgestraalde zendvermogen
verminderd, en dus de werkingssfeer van de zender.
Door de afstand naar de mond kunt u de diepteweergave variëren.
Het optimaal geluid wordt door een correcte modulatie van de zender
bereikt.