x!
(2)
: 1. Toets voor het wissen van de invoer.
[
]
CE
2. Faculteitsfunctie (x!).
x! = n x (n–1) x (n–2) x (n–3) x .....x 2 x 1
(3) [OFF] : Toets voor het uitschakelen van de rekenmachine.
(4) [SHIFT] : De toets voor het bepalen van de tweede functie.
Wanneer deze toets ingedrukt wordt, zal "SHIFT" op het
beeldscherm weergegeven worden. Wanneer u tweemaal
na elkaar op deze toets drukt, zal de tweede functie
geannuleerd worden.
(5)
: a. Druk op deze toets om de hoekmodus te veranderen in
[
]
DRG
de volgende volgorde
geselecteerde hoekmodus wordt op het LCD-scherm
weergegeven.
b. Druk eerst op [SHIFT] en vervolgens op deze knop om
de hoekmodus te veranderen en de weergegeven
waarde te converteren.
DEG → RAD : RAD = DEG x π /180
RAD → GRAD : GRAD = RAD x 200/ π
GRAD → DEG : DEG = GRAD x 180/200
(6) [0] ~ [9] : Druk de toetsen in hun logische volgorde in om getallen in
te voeren.
RND
(7)
: a. Stelt het decimaal punt in tijdens het invoeren van
[
]
getallen.
b. Wanneer u voor het invoeren van een cijfer op deze
toets drukt dan wordt dit geïnterpreteerd als het
indrukken van de toetsen [0] en [ • ].
c. Willekeurig getal als een tweede functie.
Druk op deze knop om het willekeurig getal weer te
geven.
Het bereik van het willekeurig getal is: 0.000~0.999.
(8) [+/–] : a. Wanneer u gegevens invoert in de mantisse (het
gedeelte van het getal zonder exponent) zal een druk op
deze toets het teken van de mantisse veranderen.
Wanneer u gegevens invoert in de exponent zal een
druk op deze toets het teken van de exponent
veranderen.
b. Wanneer het resultaat weergegeven wordt zal een druk
op deze knop het teken van de mantisse van het
resultaat veranderen.
÷
(9) [+], [–], [x], [
], [ ( ], [ ) ]
a. Wanneer de bewerkingen van de toetsen uitgevoerd worden
volgens een numerieke uitdrukking dan zal het resultaat van de
bewerking
bekomen
SR135_Dutch_090326.doc
SIZE:140x75mm
DEG
RAD
GRAD
worden
overeenkomstig
-D
3-
SCALE 2:1
2009/3/26
. De
met
de