Algemene functiestoringen
Constatering
De SLS-1
display
+
knippert of is niet
verlicht, terwijl
het groene
»POWER« lampje
brandt.
De door de SLS-1
+
aangestuurde
lampen branden
niet.
De door de SLS-1
+
aangestuurde
lampen branden
constant met
een minimale
helderheid.
De door de SLS-1
+
aangestuurde
lampen branden
constant met
een maximale
helderheid.
ADD-RELA
(insteekklem
23/24) schakelt
direct in.
Mogelijke oorzaak
Overbelasting c.q. kortsluiting van de analoge output door
externe kabelwissel. In dit geval de kabels voor een test
loskoppelen van de SLS-1
Indien verholpen analoge bedrading nakijken. Indien de
display hierna nog steeds niet functioneert, kan het zijn dat
het apparaat defect is of er een te lage netwerkspanning is.
Ter controle de 220–240 V netspanning meten.
n De lichtsterkte handmatig wijzigen (+/-) via draai- en
klikfunctie in het menu »MAN«.
n Indien dit niet werkt de zekeringen, relais en andere
externe contacten controleren.
Kan zijn dat de bedrading van de analoge uitgang (AN+/GND
klemmen) aan de lampen of dimmodule verwisseld zijn of
kortsluiting op de +/- ontstaan is. In dit geval de kabels voor de
analoge aansturing nakijken en bij fouten omwisselen bij de lamp
of SLS (AN+/GND klemmen). Hierna moet een helderheidverschil
zichtbaar zijn.
Kan zijn dat de stuurdraad van de analoge uitgang
(AN+/GND klemmen) aan de lampen onderbroken of niet
aangesloten is.
Geprogrammeerde waarde is kleiner of gelijk aan de waarde
van »MIN«.
34
insteekklemmen AN+ en GND.
+