Spantang vervangen (fig. 3)
Uw frees is voorzien van een 1/4", 1/2", 8 mm,
of 12 mm spantang die op het gereedschap is
gemonteerd. De spantang en de spantangmoer zijn
onscheidbaar.
1. Draai de spantangmoer (c) volledig los.
2. Verwijder de spantang (u).
3. Plaats een nieuwe spantang en draai de
spantangmoer (c) vast.
Elektronische snelheidsregeling
instellen (fig. 1)
Met behulp van het stelwiel (s) van de elektronische
snelheidsregeling kan het toerental traploos
worden ingesteld van 8.000 tot 24.000 omw/
min. Dit garandeert optimale freesresultaten in alle
houtsoorten, kunststoffen en aluminium.
Zet het stelwiel in de gewenste stand.
Kies een lage snelheid voor frezen met een grote
diameter en een hogere waarde voor frezen met
een kleine diameter. De juiste instelling wordt
proefondervindelijk vastgesteld.
1
=
8.000 omw/min
2
=
9.500 omw/min
3
=
11.500 omw/min
4
=
16.000 omw/min
5
=
19.500 omw/min
6
=
22.500 omw/min
7
=
24.000 omw/min
Freesdiepte instellen (fig. 4)
De bovenfrees is uitgerust met een zeer nauwkeurig
diepte-instelsysteem waarvan zowel de snel- als de
fijninstelling van een nulstelring is voorzien.
SNELINSTELLING MET BEHULP VAN DE
SCHAALVERDELING EN NULSTELRING
1. Draai de borgschroef (n) van de diepteaanslag
los.
2. Zet de blokkeerhendel (o) vrij door deze linksom
te draaien.
3. Druk de freesgeleiding naar beneden totdat de
frees het werkstuk raakt.
4. Zet de blokkeerhendel (o) weer vast.
5. Zet de snelinstelling (p) op nul met de
ring (v). De diepteaanslag (m) moet de
revolverdiepteaanslag (l) raken.
6. Stel de freesdiepte in met de snelinstelling
(p) en de bijbehorende schaalverdeling. De
ingestelde freesdiepte wordt aangegeven door
de pijlen (w).
7. Draai de borgbout (n) van de diepteaanslag
weer vast.
DRIEVOUDIGE DIEPTE-INSTELLING MET BEHULP
VAN DE REVOLVERDIEPTEAANSLAG
Met de revolverdiepteaanslag (l) kunt u drie
verschillende diepten instellen. Dit is met name
handig bij het frezen van diepe groeven, waarbij
stapsgewijs gewerkt wordt.
– Plaats een dieptemal tussen de diepteaanslag
(m) en de revolverdiepteaanslag (l) om de juiste
freesdiepte te bepalen.
– Stel indien nodig alle drie de schroeven in.
FIJNINSTELLING
Wanneer er geen dieptemal wordt gebruikt of als de
freesdiepte moet worden bijgesteld, gebruikt u bij
voorkeur de fijninstelling (q).
1. Stel de freesdiepte in zoals hierboven
beschreven.
2. Zet de fijninstelling op nul met de ring (x).
3. Draai de fijninstelling (q) in de gewenste stand:
één omwenteling komt overeen met ca. 1 mm
en één merkstreep met 0,1 mm.
Diepte-instelling met de bovenfrees
IN OMGEKEERDE POSITIE (FIG. 4)
1. Verwijder de diepteaanslag (m) en vervang
deze door de diepteaanslag (DE6956) die als
accessoire verkrijgbaar is.
2. Verbind de draadstang van de diepteaanslag
(m) met de revolverdiepteaanslag (l).
3. Stel de freesdiepte in met behulp van de
instelling op de diepteaanslag (m).
WAARSCHUWING: Lees bij montage
van de bovenfrees in omgekeerde
positie eerst de instructies in de
betreffende handleiding van de
stationaire machine.
Parallelgeleiding bevestigen
(fig. 1, 5)
1. Steek de geleidestangen (e) in de freeszool (j).
2. Draai de borgbouten (i) vast.
3. Schuif de parallelgeleiding (h) over de stangen.
4. Draai de borgbouten (d) handvast aan.
5. Verwijder de stofafzuigadapter (r) en sluit de
opening af met de meegeleverde afsluitdop (y).
neDerlanDs
61