DEUTSCH
WARN- UND SICHERHEITSHINWEISE
SIE HABEN EINEN FAHRRADTRÄGER VON AUTOMAXI - ERWORBEN. WIR DANKEN
IHNEN FÜR DAS VERTRAUEN, DAS SIE UNSERER MARKE SCHENKEN.
Der Fahrradträger, den Sie erworben haben, ist ausschließlich für den Transport von
Fahrrädern bestimmt.
Die zulässige Höchstlast des Fahrradträgers ist: 45 kg mithin 3 Fahrräder. Die 2 Anleitungen
müssen vor dem Gebrauch des Fahrradträgers unbedingt gelesen werden und aus
Sicherheitsgründen für seine spätere Verwendung aufbewahrt werden.
ACHTUNG: DIE NICHTBEFOLGUNG DER WARN- UND SICHERHEITSHINWEISE SOWIE
DER MONTAGEANLEITUNG KANN ZU SCHWEREN SCHÄDEN AN IHREM FAHRZEUG
FÜHREN UND IHRE EIGENE SICHERHEIT SOWIE DIE ANDERER GEFÄHRDEN.
DER HERSTELLER ÜBERNIMMT IN DIESEM FALL KEINE HAFTUNG.
STRASSENVERKEHRSSICHERHEIT
✹ Beachten Sie stets die Straßenverkehrsordnung, egal, in welchem Land Sie Ihren
Fahrradträger benutzen.
✹ Fahren Sie nie mit dem UNBELADENEN Fahrradträger.
✹ Das Nummernschild und die Lichtsignale müssen unbedingt sichtbar sein – Achten Sie
darauf, dass sie durch die Beladung des Fahrradträgers nicht verdeckt werden - Verwenden
Sie gegebenenfalls ein zusätzliches Nummernschild und zusätzliche Lichtzeichen.
✹ Abgenutzte und ausgefranste Gurte sind gefährlich.
✹ Fahren Sie nur auf asphaltierten Straßen, wenn Sie Fahrräder auf dem Fahrradträger mit-
führen.
Es obliegt dem Kunden, den Fahrradträger in sicherer und geeigneter Form zu
1°/ Vergewissern Sie sich vor der Montage, dass der Fahrradträger mit Ihrem Fahrzeug kom-
patibel ist.
2°/ Da jedes Fahrrad eine andere Geometrie besitzt, müssen Sie überprüfen, ob Ihre
Fahrräder auf den Fahrradträger passen. Bei Fahrrädern ohne Mittelstange kann eine
zusätzliche Stange am Fahrrad montiert werden, damit es auf den Fahrradträger gestellt wer-
den kann.
Kinderräder: Kompatibilität nicht garantiert.
3°/ Informieren Sie sich in der Bedienungsanleitung Ihres Fahrzeugs über die zulässige
Höchstlast des Herstellers.
4°/ MONTAGE UND SICHERE BENUTZUNG - Zusammenbau/Montage:
a) Befolgen Sie die mitgelieferte Montageanleitung Ihres Fahrradträgers in allen Einzelheiten.
b) Überprüfen Sie vor jedem Montageschritt Ihres Fahrradträgers die Zuteilungstabellen
vorne in der Anleitung.
c) Montage des Fahrradträgers auf das Fahrzeug: Der Fahrradträger wurde so gebaut, dass
er den Lack des Fahrzeugs schützt, wenn er richtig installiert ist. Reinigen Sie sorgfältig die
Kontaktstellen zwischen Fahrradträger und Fahrzeug.
d) Der Fahrradträger muss vollständig mit dem Fahrzeug verbunden sein. Die
Befestigungselemente müssen sorgfältig und genau geregelt werden: Man beziehe sich hier-
für auf die empfohlenen Anzugsmomente in der Montageanleitung.
e) Die Gurte in ausreichender Anzahl und unter genauester Beachtung der Hinweise für die
Montage des Fahrradträgers auf Ihr Fahrzeug befestigen.
f) Achten Sie darauf, überstehende Gurtenden zu falten.
5°/ BEDIENUNG DES FAHRZEUGS MIT DEM FAHRRADTRÄGER:
✹Vor jeder Benutzung den Fahrradträger überprüfen. Prüfen Sie vor jeder Benutzung die
Einstellung der Muffen und die Länge der Gurte.
✹Berücksichtigen Sie bei Ihrer Fahrweise den Windwiderstand des Fahrradträgers.
✹Passen Sie Ihre Geschwindigkeit der mitgeführten Last an und überschreiten Sie nie die
maximale Richtgeschwindigkeit von 90 km/h.
✹Zusätzliche Vorrichtungen zum Schutz Ihrer Fahrräder sind von Ihnen selbst anzubringen.
✹Da die Auspuffgase des Fahrzeugs sehr heiß sind, dürfen sich weder die Fahrradreifen
noch die Gurte des Fahrradträgers in der Verlängerung des Auspuffs befinden.
✹Entfernen Sie sämtliches Zubehör Ihrer Fahrräder (Taschen, Babysitz, Luftpumpe usw.)
✹Halten Sie einen Mindestabstand zwischen dem Boden und dem niedrigsten Teil Ihrer
Ladung ein, um Stöße zwischen der Fahrbahn und dem Fahrzeug zu vermeiden.
✹Wenn die Fahrräder breiter sind als Ihr Fahrzeug und hierbei die von der
Straßenverkehrsordnung des Landes, in dem Sie fahren, vorgeschriebene Grenze über-
steigt, empfehlen wir Ihnen, einige Elemente Ihrer Fahrräder abzumontieren.
✹Ziehen Sie alle Gurte und alle Naben bei jeder Inspektion des Fahrradträgers und der
Fahrräder fest und überprüfen Sie ihre Spannung, vor allem auf unebenen Wegen und klei-
nen Straßen.
✹Verwenden Sie keine elastischen Elemente.
✹Bevor Sie die Wischautomatik des Heckscheibenwischers einschalten, ist zu überprüfen,
ob dies mit dem Fahrradträger möglich ist. Bei bestimmten Fahrzeugen schaltet der
Heckscheibenwischer automatisch ein.
✹Vermeiden Sie: schlechte Straßen, plötzliches Beschleunigen, plötzliches Bremsen,
schlechte Befestigung,
✹drosseln Sie das Tempo ganz stark vor Verkehrsschwellen oder anderen Hindernissen,
/ eine ruckweise Fahrweise; greifen Sie dem Verkehrsgeschehen voraus und drosseln Sie
die Geschwindigkeit in Kurven.
6°/ WARTUNG DES FAHRRADTRÄGERS
✹Schlagen Sie vor jeder Benutzung in den Warnhinweise und der Montageanleitung nach,
um die Einstellung der Muffen und Gurte zu prüfen.
✹Tauschen Sie defekte Teile sofort aus und verwenden Sie den Fahrradträger gegebenen-
falls erst dann, wenn er vollständig repariert ist.
✹Achten Sie besonders auf den Zustand der Gurte und Haken und auf die Funktionsweise
der Klemmschnallen.
✹Reinigung des Fahrradträgers: verwenden Sie keine aggressiven Chemikalien.
✹Vor dem Waschen in einer Waschstraße muss der Fahrradträger unbedingt entfernt werden.
✹Stellen Sie den Fahrradträger an einem geeigneten Ort zusammen mit den 2 Anleitungen
(Warnhinweise und Montage) ab.
benutzen.
NEDERLANDS
WAARSCHUWINGSNOT A
GEFELICITEERD MET UW AANKOOP VAN EEN AUTOMAXI FIETSENREK
WIJ DANKEN U VOOR UW VERTROUWEN IN ONS MERK
Het fietsenrek dat u hebt aangekocht is uitsluitend bestemd voor het vervoer van fietsen. De
maximale belasting van het fietsenrek bedraagt 45 kg, hetzij 3 fietsen. Voor een veilig gebruik
is het absoluut noodzakelijk dat u de montageaanwijzingen en de waarschuwingsnota leest
alvorens het fietsenrek in gebruik te nemen. Bewaar beide documenten voor toekomstige
raadpleging.
OPGELET: HET NIET NALEVEN VAN DE MONTAGEAANWIJZINGEN EN VAN DE WAAR-
SCHUWINGSNOTA KAN ERNSTIGE SCHADE AAN UW VOERTUIG TOT GEVOLG HEB-
BEN EN KAN UW EIGEN VEILIGHEID EN DEZE VAN DERDEN IN GEVAAR BRENGEN.
IN DAT GEVAL WIJST DE FABRIKANT ELKE AANSPRAKELIJKHEID AF.
VERKEERSVEILIGHEID
✹In welk land u het fietsenrek ook gebruikt, zorg er steeds voor dat u het verkeersreglement
naleeft.
✹Rijd nooit met het fietsenrek ZONDER FIETS.
✹De nummerplaat en de stoplichten moeten verplicht zichtbaar zijn. Zorg ervoor dat deze
niet worden verborgen door de lading van het fietsenrek. Indien nodig moet een extra num-
merplaat en bijkomende stoplichten worden gemonteerd.
✹Versleten of uitgerafelde sjorriemen zijn gevaarlijk.
✹Begeef u nooit buiten de geasfalteerde weg wanneer fietsen op het fietsenrek zijn vastgemaakt.
Het behoort tot de verantwoordelijkheid van de klant om dit product op een veilige
en passende manier te gebruiken.
1°/ Alvorens het fietsenrek te monteren, dient u te controleren of het fietsenrek op uw voer-
tuig kan worden gemonteerd.
2°/ Aangezien elke fiets een eigen vorm heeft, dient u te controleren of uw fietsen geschikt
zijn voor montage op het fietsenrek. Voor fietsen zonder bovenstang kan een bijkomende
stang op de fiets worden gemonteerd zodat deze op het fietsenrek kan worden geplaatst.
Kinderfietsen: de compatibiliteit met het fietsenrek is niet gegarandeerd.
3°/ Raadpleeg de gebruikershandleiding van uw voertuig voor meer informatie over de maxi-
male belastingen die door de constructeur worden toegestaan.
4°/ VEILIGE MONTAGE EN GEBRUIK - Assemblage/Montage:
a) Respecteer tot in het kleinste detail de montageaanwijzingen die bij het fietsenrek wordt
geleverd.
b) Controleer vóór elke assemblagestap van het fietsenrek de plaatsingstabellen vooraan in
de handleiding.
c) Montage van het fietsenrek op het voertuig: dit fietsenrek is ontworpen om, bij correcte
installatie, de lak van het voertuig te beschermen. De contactzones tussen het fietsenrek en
het voertuig zorgvuldig reinigen.
d) Het fietsenrek moet volledig worden vastgemaakt op het voertuig zodat het er één geheel
mee vormt. De bevestigingselementen moeten zorgvuldig en precies worden afgesteld:
respecteer het aanspankoppel dat in de montageaanwijzingen wordt voorgeschreven.
e) Voldoende riemen vastsjorren volgens de strikte richtlijnen uit de montageaanwijzingen
van het fietsenrek.
f) Plooi de uitstekende uiteinden van de riemen.
5°/ BESTUREN VAN HET VOERTUIG MET HET FIETSENREK
✹ Vóór ieder gebruik het fietsenrek inspecteren en controleren. Vóór ieder gebruik de afstel-
ling van de fietshouders en de lengte van de riemen controleren.
✹ In uw rijstijl moet u er rekening mee houden dat het beladen fietsenrek wind vangt.
✹ Pas u snelheid aan in functie van het vervoerde gewicht en rijd nooit sneller dan de maxi-
male voorgeschreven snelheid van 90 km/u.
✹ Het behoort tot uw verantwoordelijkheid om bijkomende beschermingsmiddelen te monte-
ren om uw fietsen te beschermen.
✹ Aangezien de uitlaatgassen van het voertuig zeer heet zijn, mogen noch de fietsenbanden,
noch de riemen van het fietsenrek in het verlengde van de knalpot worden geplaatst.
✹ Haal alle accessoires van uw fietsen (fietstas, kinderstoeltje, fietspomp, ...).
✹ Respecteer de minimale afstand tussen de grond en het onderste deel van uw lading ten-
einde elk risico op contact van uw fietsen met het wegdek te vermijden.
✹ Als de fietsen breder zijn dan uw voertuig in een mate die de grenswaarden, bepaald in
het verkeersreglement van het land waarin u rijdt, overschrijdt, raden wij u aan bepaalde ele-
menten van uw fietsen te demonteren.
✹ Tijdens elke controlebeurt van het fietsenrek en van de fietsen alle riemen en naven aan-
spannen en de spanning ervan controleren. Dit is in het bijzonder van belang op hobbelige
wegen of op kleine wegen.
✹ Monteer geen enkele elastische of rekbare inrichting of riem.
✹ Laat de ruitenwisser van de achterruit van uw voertuig niet automatisch werken alvorens
gecontroleerd te hebben dat dit wel mogelijk is wanneer het fietsenrek is gemonteerd.
Bepaalde voertuigen zijn uitgerust met een automatische inschakeling van de achterste rui-
tenwisser.
✹ Te mijden: wegen in slechte staat / plotse versnellingen, bruusk remmen, slecht aange-
spannen riemen,
✹sterk vertragen voor verkeersdrempels of andere obstakels / een soepele en defensieve rij-
stijl, snelheid beperken in de bochten.
6°/ ONDERHOUD VAN HET FIETSENREK
✹ Raadpleeg voor elk gebruik de montageaanwijzingen en de waarschuwingsnota om alle
afstellingen van de fietshouders en riemen te controleren.
✹ Defecte onderdelen moeten onmiddellijk worden vervangen. Gebruik het fietsenrek nooit
alvorens dit, indien nodig, volledig is hersteld.
✹ Let in het bijzonder op de staat van de riemen en haken, alsook op de werking van de aan-
spanlussen.
✹ Gebruik geen bijtend chemisch product voor de reiniging van het fietsenrek.
✹ Automatische wasbeurt van uw voertuig in een wasstraat: het fietsenrek moet verplicht van
het voertuig worden gehaald.
✹ Na elk gebruik uw fietsenrek zorgvuldig opbergen, samen met de montageaanwijzingen en
de waarschuwingsnota.
13