Gebruik Van Het Apparaat; Reserveonderdelen En Accessoires - Descon DA-WN1600 Manual De Instrucciones Con La Carta De Garantía

Ventilador de pie 16'' con humidificador
Tabla de contenido

Publicidad

Idiomas disponibles
  • ES

Idiomas disponibles

  • ESPAÑOL, página 26
9. Apparaat aanzetten
De ventilator dient op een vlakke, gelijke en stabiele oppervlakte te
worden geplaatst. Steek de stekker in de voeding. De aansluiting wordt
gesignaliseerd door de diode op het bedieningspaneel (Tek. C, pos 7).
Om de ventilator in te schakelen: druk op de knop „ON/SPEED" (Tek. C,
pos. 15) op het bedieningspaneel of „+ SPEED" (Tek. C, pos. 25) op de
afstandsbediening.
Om de ventilator in te schakelen dient de knop „OFF" op het
bedieningspaneel (Tek. C, pos. 14) of op de afstandsbedining (Tek. C,
pos. 20) te worden ingedrukt.

10. Gebruik van het apparaat

Bediening van de ventilator
De afstelling van het toerental. Na het indrukken van de knop
ON/SPEED zal de ventilator met minimale snelheid beginnen te roteren
en op het bedieningspaneel zal de diode van minimale snelheid worden
belicht (Tek. C, pos. 10). Opnieuw indrukken van de knop „ON/SPEED"
op het bedieningspaneel of „+ SPEED" op de afstandsbediening zal de
snelheid van de ventilator van de laagste tot de hoogste instellen. De
gemiddelde snelheid wordt gesignaliseerd door
de ventilatordiode voor gemiddelde snelheid (Tek. C, pos. 11), de
hoogste snelheid zal gesignaliseerd worden door de diode voor de
hoogste snelheid (Tek. C, pos. 12).
Tijdens de werking van de ventilator, om de oscillaties van de kop (links-
rechts) in te schakelen, druk op de knop „SWING" op het
bedieningspaneel (Tek. C, pos. 17) of op de afstandsbediening(Tek. C,
pos. 21). De ingeschakelde oscillaties zullen aanvullend gesignaliseerd
worden door de diode voor oscillatie (Tek. C, pos. 8). Schakel de
oscillatie uit door de knop „SWING" op het bedieningspaneel of op de
afstandsbediening opnieuw in te drukken.
De ventilatorkop maakt de instelling van de blaashoek in één van de 5
posities mogelijk. Om de luchtstroom naar beneden te richten, neem de
ventilatorkop zachtjes samen met de basis vast en
richt de kop zachtjes naar voren.
Analogisch de kopafwijking naar achteren, zal de blaashoek naar boven
worden gericht. Tijdens de afstelling kan het klikken van de haakklep
voelbaar en hoorbaar zijn. De haakklep behoudt de kop in één van de 5
posities. De ventilator heeft 3 werkmodi: normaal, boswind, nacht. Om de
werkmodus
te
wijzigen,
druk
bedieningspaneel (Tek. C, pos. 16) of op de afstandsbediening (Tel. C,
pos. 22).
- de normale werkmodus is gesignaliseerd door diode Normal (Tek. C,
pos. 4) op het bedieningspaneel. De ventilator werk in deze modus met
een vaste, door de gebruiker ingestelde, snelheid.
- de boswind werkmodus wordt gesignaliseerd door diode Natural (Tek.
C, pos. 5) op het bedieningspaneel. De ventilatoroen in deze modus
wijzigen hun snelheid gaande van stillegging, lage snelheid en tot door
de gebruiker ingestelde snelheid.
- de nachtmodus wordt gesignaliseerd door diode Sleep (Tek. C, pos. 6)
op het bedieningspaneel. De ventilator in deze modus werkt gedurende
30 minuten in modus van variabele snelheid, vervolgens gedurende de
volgende 30 minuten in modus van minimale snelheid afwisselend met
stillegging om na 1 uur van werking zichzelf automatisch uit te
schakelen.
Bediening van de luchtbevochtiger (waternevel)
LET OP
Om van de waternevelmodus gebruik te maken
ontkoppel eerst het toestel van de voeding en vul de tank
met water.
Open de tankklep (Tek. C, pos. 1), til de tank met water zachtjes naar
boven (Tek. D, pos. 2) en neem hem uit het corpus van het toestel (TeK.
D, pos. 3). Draai hem met de houder naar beneden om en met de klep
naar boven (Tek. D, pos. 4), draai de klep open en vul met water (Tek. D,
pos. 5). Gebruik enkel koud water (dat de temperatuur van 30°C niet
overschrijdt). Sluit de klep terug en controleer of de klepveer hem terug
heeft vastgedrukt. Controleer of de klep niet lekt (Tek. D, pos. 6). Plaats
de tank met water terug in het toestel en sluit de klep.
Om de gebruiksduur van het toestel te verlengen en aanwezigheid van
steen op de elementen van de bevochtiger te beperken, is het raadzaam
om gedestilleerd/ gedemineraliseerd water te gebruiken.
Om bevochtiging (waternevel) in te schakelen, druk op de knop
„HUMIDITY" op het bedieningspaneel (Tek. C, pos. 18) of op de
afstandsbediening (Tek. C, pos. 24). Dit schakelt de waternevel in. De
nevel komt vrij via de spleet tussen de voorste rooster en de cover (Tek.
A, pos. 1 en 2)
De inschakeling wordt gesignaliseerd door de diodes met symbolen van
waterdruppels
(Tek.
C,
pos.
bevochtigingsintensiteit stelt één druppel voor, gemiddelde intensiteit
twee druppels en de grootste intensiteit van bevochtiging drie druppels.
Het schakelen tussen deze modi en het uitschakelen van de
bevochtiging gebeurt door het indrukken van de knop „HUMIDITY" op het
bedieningspaneel of op de afstandsbediening.
Afhankelijk van de behoeften, het toestel kan werken als ventilator,
als ventilator met
waternevel of alleen als bevochtiger met
waternevel.
34
op
de
knop
„MODE"
op
het
1).
De
diode
van
minimale
De knop „OFF" op het bedieningspaneel (Tek. C, pos. 14) of op de
afstandsbediening (Tek. C, pos. 20) schakelt de ventilatorfunctie uit,
maar heeft geen invloed op de functie van bevochtiging.
Het uitschakelen van de functie van bevochtiging gebeurt met behulp
van de knop HUMIDITY.
Bediening van de tijdelijke functie (timer)
De timerfunctie regelt de werking van het toestel met een stap van elke
0,5h. Om de timer in te schakelen, druk op de knop „TIMER" op het
bedieningspaneel (Tek. C, pos. 23). De timerdiode wordt belicht op het
bedieningspaneel (Tek. C, pos. 9) en aan de rechter zijde schakelt zich
de tijddiode in (Tek. C, pos. 13). Meervoudig indrukken op de knop
„TIMER" maakt de afstelling van de werktijd van de timer mogelijk. De
tijd, hoe lang het toestel zal werken, bepaalt de som weergegeven door
de tijddiodes (Tel. C, pos. 13) – vb. ingeschakelde diode 4h, 2h, 1h en
0,5h betekent, dat de timer gedurende 7,5h zal werken. De minimale
instelling van de timer bedraagt 30 minuten (enkel diode 0,5h), maximaal
7,5h (alle tijddiodes). Het uitschakelen van de functie TIMER gebeurt met
behulp van de knop TIMER.
Na beëindiging van de werking, ontkoppel de
LET OP
stekker van de voeding.
11. Lopende handelingen
LET OP
Alle hieronder omschreven handelingen dienen te
worden uitgevoerd met de stekker uitgetrokken.
Vóór aanzetten van de ventilator:
- controleer het netsnoer, de schakelaar en de behuizing op
mechanische schade, vochtigheid, enz.
- controleer de bladen op beschadiging of vervuiling.
controleer of de uitlaatspleet van de waternevel niet vuil is, of de
elastische slang niet verwrongen of plat is.
Na beëindiging van de werking:
- schakel het toestel uit.
- ontkoppel het toestel van de voeding om toevallige uitschakeling van de
ventilator te vermijden.
Reiniging van elementen van de bevochtiger:
Het is raadzaam om de onderste bevochtigerafvoer (Tek. F, pos. 2) één
keer per week te reinigen.
Het is raadzaam om de watertank (Tek. D, pos. 3) één keer per week te
reinigen.
Indien er vuil, stof of een blokkade van de uitlaat van de waternevel
wordt vastgesteld is het raadzaam om de elastische slang en de cover
van de bevochtigerspleet (Tek. A, pos. 13) te reinigen.
Gebruik voor reiniging zachte, absorberende vodden, water of eventueel
een delicate detergent. Agressieve chemische middelen, verdunners etc
niet gebruiken. Om de watertank te reinigen, neemt de tank eruit zoals
beschreven in punt 10 in de gebruiksaanwijzing „Gebruik van het
toestel", onderpunt „Bediening van de luchtbevochtiger (waternevel)". De
watertank dient met water of water met een zacht detergent te worden
gespoeld. Na gebruik van het detergent, moet de watertank grondig te
worden gespoeld, ten minste 10-voudig. Controleer of tijdens de laatste
spoeling het water niet begint te schuimen en of er geen detergentresten
in het water aanwezig zijn. Om de onderste bevochtigertank te reinigen:
1. Neem de elastische slang (Tek. F, pos. 1) van de bevochtigercover
(Tek. F, pos. 3).
2. Neem de bevochtigercover en reinig hem analogisch zoals met de
watertank.
3. Met behulp van een absorberende vod verwijder de waterresten in de
onderste bevochtigerafvoer. (Tek, F, pos. 2).
4. Reinig de onderste tank met behulp van een zachte vod. Wegens
rechtstreeks contact met elementen van de bevochtiger mogen geen
detergenten worden gebruikt.
5. Controleer of de vlotter in de watertank vrij kan bewegen en niet
geblokkeerd is.
6. Monteer
de elementen van de bevochtiger in de omgekeerde
volgorde.

12. Reserveonderdelen en accessoires

Neem
contact
op
met
de
reserveonderdelen en accessoires te kopen. De contactgegevens
bevinden zich op bladzijde 1 van de instructie. Bij bestelling van de
onderdelen gelieve het nummer van de PARTIJ op het typeplaatsje
opgeven. Gelieve het beschadigde onderdeel beschrijven en de
indicatieve termijn van de aankoop van het apparaat opgeven. In de
garantieperiode worden de reparaties onder de condities als opgegeven
in de Garantiekaart uitgevoerd. Het defecte product voor de reparatie
naar de aankooppunt inleveren (de verkoper is verplicht om het product
te aanvaarden) of naar de Servicedienst van DEDRA-EXIM. Gelieve de
door Importeur opgestelde Garantiekaart meeleveren. Zonder dit
document wordt de reparatie beschouwd als buiten de garantieperiode.
Na afgelopen garantieperiode wordt de reparatie door Centraal
Servicedienst uitgevoerd. Het defecte product wordt naar het Service
gestuurd (vervoerkosten op rekening van de gebruiker)
13.De storingen zelfstandig verwijderen
LET OP
Ontkoppel het toestel van de voeding alvorens
zelfstandig defecten te herstellen.
Symptoom
Mogelijke oorzaak
Ondanks het
In de watertank
Dedra-Exim
servicedienst
om
Oplossing
Reinig de watertank

Publicidad

Tabla de contenido
loading

Tabla de contenido