TECHNISCHE GEGEVENS
Boorstandaard
Kolomlengte
Boor-ø max
afschuining
Gewicht
WAARSCHUWING Lees alle veiligheidsinstructies en
aanwijzingen door. Als u de volgende aanwijzingen niet in acht
neemt, kunnen een elektrische schok, brand en/of ernstig letsel
het gevolg zijn.
Bewaar alle waarschuwingen en voorschriften voor
toekomstig gebruik.
DIAMANTBOORMACHINE VEILIGHEIDSWAARSCHU
WINGEN
a) Voer bij werkzaamheden waarbij het gebruik van water
benodigd is, het water af van de werkplek van de bediener
of gebruik een opvanginrichting voor vloeistof. Deze
Ned
voorzorgsmaatregelen houden de werkplek van de bediener droog
en verlagen de kans op een elektrische schok.
b) Houd het elektrisch gereedschap vast aan de geïsole-
erde greepoppervlakken, omdat het snijaccessoire niet
eerder zichtbare bedrading of het netsnoer van het ge-
reedschap kan doorknippen. Snijaccessoires die contact maken
met spanningvoerende bedrading kunnen onbeschermde metalen
delen van het elektrische gereedschap ook ‚onder stroom zetten'
en de gebruiker blootstellen aan elektrische schokken.
c) Draag gehoorbescherming bij het gebruik van de dia-
mantboormachine. Blootstelling aan lawaai kan gehoorverlies
tot gevolg hebben.
d) Oefen geen verdere druk uit op het gereedschap wan-
neer het inzetgereedschap geblokkeerd raakt en schakel
het uit. Controleer de oorzaak van de blokkering en verhelp het
probleem.
e) Controleer of het inzetgereedschap vrij kan roteren
alvorens de diamantboormachine opnieuw in het werkstuk
te gebruiken. Wanneer het inzetgereedschap geblokkeerd is,
kan het mogelijk niet draaien waardoor de diamantboormachine
overbelast kan raken of uit het werkstuk los kan komen.
f) Wanneer de boorstandaard aan het werkstuk wordt be-
vestigd met verankeringen en bevestigingsmiddelen, zorg
dan dat de gebruikte verankering geschikt is om het ge-
reedschap tijdens het gebruik op zijn plaats te houden. Bij
een zacht of poreus werkstuk kan de verankering eruit getrokken
worden, waardoor de boorstandaard los komt van het werkstuk.
g) Bij de borging van de boorstandaard met een zuignap
aan het werkstuk moet de zuignap altijd op een glad,
schoon en niet poreus oppervlak worden geplaatst. Niet
aanbrengen op gelaagde oppervlakken zoals tegels of compound-
materialen. Als het werkstuk niet glad, vlak of goed bevestigd is,
kan de zuignap van het werkstuk glijden.
h) Waarborg dat vóór en tijdens het boren voldoende
onderdruk voorhanden is. Bij een te geringe onderdruk kan de
zuignap van het werkstuk glijden.
Nederlands
30
i) Voer geen boringen uit als de machine alleen door
DR 152 T
middel van de zuignap geborgd is. Boringen naar beneden
zijn hiervan uitgezonderd. Zonder onderdruk glijdt de zuignap
1000 mm
van het werkstuk.
152 mm
j) Zorg er bij het boren door muren voor dat de personen
0 - 45 °
en de werkplek aan de andere kant van de muur beschermd
zijn. Het inzetgereedschap kan door het geboorde gat uitsteken en
10 kg
er aan de andere kant uit vallen.
k) Gebruik bij het boren boven het hoofd altijd het vloei-
stofopvangsysteem dat in de instructies wordt gespeci -
ceerd. Zorg ervoor dat er geen water in het gereedschap
komt. Water dat het elektrische gereedschap binnendringt,
verhoogt het risico op elektrische schokken.
Verdere veiligheids- en werkinstructies
Bij kernboringen door vloeren valt de boorkern normaal gesproken
uit de boor. Zorg voor voldoende bescherming van de personen en
de ruimte onder de boorwerkzaamheden.
Draag veiligheidsuitrusting. Bij werkzaamheden met de machine
dient u altijd een veiligheidsbril te dragen. Veiligheidskleding zoals
stofmasker, veiligheidshandschoenen, stevig en slipvast schoeisel,
helm en gehoorbescherming worden aanbevolen.
Draag bij het vervangen van de boorkroon werkhandschoenen. De
boorkroon kan bij langer bedrijf van het elektrisch gereedschap
heet worden.
Stof die vrijkomt tijdens het werken vormt vaak een gevaar voor
de gezondheid en mag niet met het lichaam in aanraking komen.
Machines met stofafzuiging gebruiken en tevens geschikte
stofmaskers dragen. Vrijgekomen stof grondig verwijderen resp.
opzuigen.
Het is niet toegestaan, materialen te bewerken waarvan een
gezondheidsgevaar uitgaat (bijv. asbest).
Snoer altijd buiten werkbereik van de machine houden.
Bij het werken in wanden, plafonds of vloeren oppassen voor
elektriciteitsdraden, gas- of waterleidingen.
Let erop dat er geen personen in het werkbereik komen en dat het
elektrisch gereedschap niet met het uitstromende water in contact
komt.
Schakel de diamantboormachine na een onderbreking van uw werk
alleen dan in, nadat u zich ervan vergewist heeft dat de boorkroon
vrij kan worden gedraaid.
Leg het elektrische gereedschap nooit neer, vóór het inzetstuk volle-
dig tot stilstand is gekomen. Het draaiende inzetgereedschap kan in
contact komen met het oppervlak, waardoor u de controle over het
elektrische gereedschap kunt verliezen.
Controleer de boorkronen voordat u ze erin zet. Zet alleen foutloze
boorkronen erin. Beschadigde of vervormde boorkronen kunnen tot
gevaarlijke situaties leiden.
Controleer of de boorkroon goed vastzit. Verkeerd of niet goed
bevestigde boorkronen kunnen tijdens het bedrijf loskomen en u in
gevaar brengen.
Het apparaat mag alleen met twee handen bediend of aan de
boorkolom ingezet worden.
Stel de boorstandaard niet bloot aan regen en gebruik hem niet in
natte, vochtige of explosiegevaarlijke ruimtes.
Tijdens het werken een veilige houding innemen en de machine altijd
met twee handen vasthouden. In het werkgebied mogen zich geen
andere personen - vooral kleine kinderen - of dieren bevinden.