WERKING - Algemeen
Het apparaat is alleen bedoeld voor
huishoudelijke doeleinden, niet voor
professioneel gebruik.
1. Indicatielampje aan/uit
2. Thermostaatknop
3. Zwenkfunctieknop
4. Functieknop
5. Handvat
6. Behuizing
7. Rooster luchtuitvoer
8. Verwarmingselement
9. Kachelvoet
10. Omvalbeveiliging
11. Stekker met snoer
WERKING - Voor het eerste gebruik
Haal het apparaat uit de verpakking en verwijder alle verpakkingsonderdelen.
WERKING - Gebruik
LET OP:
•
Dek het apparaat niet af om oververhitting te voorkomen.
•
Plaats het apparaat niet direct onder een stopcontact.
•
Gebruik dit apparaat niet in de onmiddellijke omgeving van een bad, een douche of een zwembad.
1. Plaats de ventilatorkachel op een stabiele ondergrond en zorg ervoor dat de roosters voor de
luchttoevoer en -uitvoer vrij zijn.
LET OP:
•
Onder de kachelvoet (9) zit een omvalbeveiliging (10). Als de kachelvoet niet goed op de ondergrond
wordt geplaatst, zal de omvalbeveiliging de kachel uitschakelen.
2. Steek de stekker (11) in het stopcontact. Het indicatielampje (1) aan/uit gaat nu branden.
3. Kies met de functieknop (4) een van de volgende standen:
0
Uit
Koude lucht
I
Warme lucht (1000W)
II
Hete lucht ( 2000W max )
4. Draai de thermostaatknop (2) naar rechts. Het apparaat wordt ingeschakeld als u een klik hoort. Door
de thermostaatknop verder naar rechts te draaien, stelt u de gewenste temperatuur in.
LET OP:
•
Om de ideale thermostaatinstelling te vinden, draait u de thermostaatknop helemaal naar de plus.
Wanneer de ruimte op temperatuur is, draait u de knop weer langzaam richting de min (-), totdat u een
klik hoort. Het apparaat slaat nu af. De temperatuurcontrole zorgt ervoor dat de ingestelde temperatuur
gehandhaafd blijft.
2.
1.
7.
3.
9.
10.
16
NL
5.
4.
8.
6