Bijkomende informatie
Problemen oplossen
Wanneer het LED-indicatielampje rood
knippert, telt u hoeveel keer het lampje
knippert (intervaltijd is drie seconden).
Als het LED-indicatielampje rood knippert, reset
u de televisie door het netsnoer gedurende
twee minuten los te koppelen van de televisie
en vervolgens de televisie terug in te schakelen.
als het probleem zich nog steeds voordoet,
contacteert u uw verkoper of het Sony-
servicecentrum en vertelt u hoeveel keer het
lampje knippert (intervaltijd is drie seconden).
druk op / op de televisie om het uit te
schakelen, koppel het netsnoer los en informeer
uw verkoper of het Sony-servicecentrum.
Controleer onderstaande items wanneer het
LED-indicatielampje niet knippert.
Als het probleem zich nog steeds voordoet, laat
u uw televisie herstellen door een bevoegde
hersteller.
Beeld
Geen beeld (scherm is zwart) en geen geluid
Controleer de antenne-/kabelverbinding.
Verbind de televisie met het stopcontact en druk
op / op de televisie of op de
afstandsbediening.
Geen beeld en geen menu-informatie van het
met de video-ingang verbonden toestel
verschijnt op het scherm.
Druk op
om de lijst met verbonden
toestellen weer te geven, selecteer vervolgens de
gewenste ingang.
Controleer de verbinding tussen het optionele
toestel en de televisie.
Dubbel beeld of ghosting
Controleer de antenne-/kabelverbinding, de
locatie of de richting.
Er verschijnt enkel sneeuw en ruis op het
scherm
Controleer of de antenne gebogen of gebroken is.
Controleer of de antenne nog steeds bruikbaar is
(drie tot vijf jaar bij normaal gebruik, één tot twee
jaar aan de kust).
34
NL
Vertekend beeld (gestippelde lijnen of
strepen)
Houd de televisie uit de buurt van elektrische
geluidsbronnen, zoals auto's, motors,
haardrogers of optionele apparatuur.
Laat bij het installeren van optionele apparatuur
wat ruimte tussen de apparatuur en de televisie.
Controleer de antenne-/kabelverbinding.
Houd de antennekabel uit de buurt van andere
verbindingskabels.
Beeldruis of geluid bij het bekijken van een
televisiekanaal
Pas [AFT] (Automatische fine tuning) aan om een
beter ontvangst te verkrijgen.
Kleine zwarte stipjes en/of heldere puntjes
verschijnen op het scherm
Het beeld van een weergegeven item bestaat uit
pixels. Het verschijnen van kleine zwarte stipjes
en/of heldere puntjes (pixels) op het scherm is
geen storing.
Beeldcontouren zijn vervormd
Wijzig de huidige instelling van [Film Mode] naar
een andere instelling (pagina 20).
Geen kleur bij programma's
Selecteer [Reset] (pagina 20).
Geen kleur of onregelmatige kleuren bij
hetbekijken van een signaal van de Y, P
aansluitingen van
Controleer de verbinding van de Y, P
aansluitingen van
aansluiting correct verbonden is.
Geen beeld van het verbonden apparaat op
het televisiescherm
Schakel het verbonden apparaat aan.
Controleer de kabelverbinding.
Druk op
om de lijst met verbonden
toestellen weer te geven, selecteer vervolgens de
gewenste ingang.
Voer de geheugenkaart of ander opslagapparaat
correct in de digitale fotocamera.
Gebruik een geheugenkaart van een digitale
fotocamera of een ander opslagapparaat dat
geformatteerd werd volgens de instructies in de
gebruiksaanwijzing van de digitale fotocamera.
De werking wordt niet gegarandeerd voor alle
USB-apparaten. De bedieningen variëren ook
naargelang de functies van het USB-apparaat en
de video die wordt afgespeeld.
Kan het verbonden toestel niet selecteren in
het menu of kan de ingang niet wijzigen
Controleer de kabelverbinding.
, P
B
/
, P
B
R
/
en controleer of elke
R