Belangrijk!
Gebruik geen bijtende reinigingsmiddelen of
benzine om de elementen te reinigen.
- Reinig de elementen door er op een plat
oppervlak klopjes op te geven. In geval van
hardnekkig vuil reinigt u eerst met zeepsop
en spoelt u vervolgens na met helder
water en laat u ze aan de lucht drogen.
- Zet achterstevoren weer samen.
8.3 Bougie (afb. 9)
Controleer de bougie (item 22) op vuiligheid
en afzetting na 50 uur gebruik en maak
hem indien nodig schoon met een koperen
draadkwast. Voer vervolgens onderhoud van
de bougie uit na elke 50 uur bediening.
- Trek de kous van bougie door eraan te
draaien.
- Verwijder de bougie door middel van de
meegeleverde sleutel voor bougies.
- Zet achterstevoren weer samen.
8.4 De olie verversen en het oliepeil
controleren (alvorens de machine te
gebruiken) (afb.12- 14)
De motorolie kan het beste worden ververst
wanneer de motor op bedrijfstemperatuur is.
- Gebruik enkel motorolie (15W40/<0
5W30)
8.4.1 Olie bijvullen. (B12)
Open de olievulplug door deze los te
schroeven (9).
Voeg exact 0,6 l motorolie toe via een oliekan.
Of raadpleeg de inhoud in par. 8.4.2.
Schroef de olievulplug weer vast.
42
8.4.2 Oliepeil controleren. (B13)
Plaats de generator op een licht hellend
oppervlak, zodat de peilstok zich op een
goede positie bevindt.
Schroef de olievulplug los en veeg de olie van
de peilstok.
Plaats de peilstok terug, maar zonder de
schroef aan te brengen.
Belangrijk:
schroef de markeerstick niet naar binnen om
het oliepeil te controleren; voer hem gewoon
in tot aan de draad.
Controleer de peilstok; zorg dat het oliepeil
tussen de markeringen "H" en "L" ligt.
8.4.3 Gebruikte olie aftappen (B14)
- Open de vulplug (9)
- Open de aftapplug (10) en laat de hete
motorolie naar buiten druppelen in een
tobbe.
- Nadat de oude olie gedraineerd is, sluit u de
aftapplug en plaatst u de generator opnieuw
op een even oppervlak.
8.4.4 Motorolie verversen
- raadpleeg de paragrafen 8.4.3 en 8.4.1 voor
het verversen van de olie.
o
C:
8.5 Beveiliging tegen olietekort
Deze generator beschikt over een beveiliging
tegen een laag olieniveau.
De beveiliging tegen olietekort treedt in
werking wanneer er te weinig olie in de
motor is. In dit geval zal het niet mogelijk
zijn, de motor te starten, of zal hij na een