- De gebruiker/bediener mag een last dan pas
verplaatsen indien hij/zij zich ervan overtuigd
heeft dat de last juist is ingehaakt dan wel
dat er zich geen personen in het bereik voor
gevaar ophouden.
- Bij het ophangen van het apparaat dient de
gebruiker er op te letten dat het hijsgereed-
schap zo bediend kan worden zonder dat er
gevaar optreedt zij het door het apparaat zelf,
noch de drager of de last.
- Het apparaat kan binnen een temperatuur-
O
O
gebied van -10
C en +50
C worden toege-
past. Bij extreme omstandigheden dient de
fabrikant te worden geraadpleegd.
Opgelet: Bij temperaturen onder 0
de rem op bevriezing te worden gecontro-
leerd.
- De voorschriften tot voorkoming van onge-
vallen ofwel veiligheidsvoorschriften voor
hand aangedreven hijsgereedschappen in
het land van gebruik /toepassing, dienen ten
aller tijde in acht genomen te worden.
- Conform de gebruiksvoorschriften behoren
naast het toepassen van de gebruiksaanwij-
zing ook de inspektie- en onderhoudsvoor-
waarden te worden nagekomen. Bij storin-
gen dient het apparaat direct uit gebruik
genomen te worden.
NIET TOEGESTAAN GEBRUIK
- De capaciteit van het hijsgereedschap mag
niet overschreden worden.
- Het gebruik van het hijsgereedschap voor
transport van personen is niet toegestaan
(Fig. 1).
- Een verlenging van de handel is niet geoor-
loofd (Fig. 2).
- Lassen aan haken en lastketting is verbo-
den. De lastketting mag niet als aarde bij
laswerksamheden worden gebruikt (Fig. 3).
- Schuin trekken, dat wil zeggen zijdelingse
belasting op de behuizing of onderhaak ver-
mijden . Altijd in een rechte lijn tussen beide
haken werken (Fig. 4).
- De lastketting mag niet als aanslag- strop-
ketting worden gebruikt (Fig. 5).
- Lastketting niet knopen of met een bout,
schroef, schroevendraaier of soortgelijks
verkorten. De in het hijsgereedschap gemon-
teerde lastketting mag niet worden gerepa-
reerd (Fig. 6).
- Het verwijderen van de veiligheidsklep in bo-
ven- en lasthaak is onverantwoord.
- De hakenspits niet belasten (Fig. 7).
- Het kettingeindstuk mag niet als bedrijfsma-
tige hijshoogtebegrenzing gebruikt (Fig. 10).
- Hijsgereedschap niet laten vallen, apparaat
moet altijd neergelegd worden.
All manuals and user guides at all-guides.com
ONDERZOEK VOOR HET EERSTE
GEBRUIK
Voor de eerste in gebruik stelling dient elk hijs-
gereedschap een inspectie door een vakkun-
dig persoon te ondergaan. De inspectie is zo-
wel visueel als functioneel. Hierbij moet wor-
den vastgesteld dat de takel veilig is en niet is
beschadigd door bijvoorbeeld incorrect trans-
port of opslag. Als vakkundig persoon kan bij-
voorbeeld een onderhoudsmonteur van de
fabrikant of leverancier worden aangesteld.
De ondernemer kan echter ook eigen perso-
neel, welke een vakkundige opleiding hebben
genoten, aanstellen om de inspectie uit te
O
C dient
voeren. De inspecties dienen door de
gebruiker verzorgd te worden.
CONTROLE VOOR AANVANG
Voor ieder werk is het belangrijk dat het appa-
raat met aansluitend de ophanging, uitrusting
en draagconstructie op eventuele gebreken
gecontroleerd wordt. Verder dient de remen
het juiste ophangen van het apparaat en de
last gecontroleerd te worden. Dit kan door een
last over een maar korte afstand te hijsen en
weer te dalen.
Onderzoek Lastketting
De lastketting dient onderzocht te worden
op een goede smering, visueel op uiterlijke
fouten, vervormingen, scheurtjes, slijtage
en aantasting door corrosie.
Onderzoek Lastketting-Eindstuk
Het lastkettingeindstuk moet altijd aan een loze
schakel gemonteerd zitten.
Onderzoek Boven- en Lasthaak
Inspecteer boven- en lasthaak op vervorming,
beschadigingen, scheurtjes, slijtage en
aantasting door corrosie.
Controle kettingloop
Voor iedere ingebruikname bij twee- of meer-
parten apparaten dient er op gelet te worden
dat de lastketting niet getordeerd is of in de
knoop zit. De ketting bij een tweeparts appa-
raat kan getordeerd zitten doordat de onder-
haak omgeslagen is (Fig. 8).
De ketting dient bij vervanging in een juiste
loop ingeschoren te worden. Bovendien dient
de lasnaad van de ketting naar buiten te zijn
gericht (Fig. 9).
FUNKTIONEREN / GEBRUIK
Kettingvrijloop
Schakelpal (Fig. 10) in neutrale stand zetten.
De lastketting kan nu snel in beide richtingen
worden getrokken en op voorspanning ge-
bracht worden.
Hijsen van de last
Schakelpal in positie hijsen ' ' plaatsen en
inklikken. Vervolgens handel op en neer be-
wegen.
Wanneer het takel belast is, zonder dat ermee
gewerkt wordt, moet de schakelpal in handel
in positie hijsen ' ' blijven en mag zij niet in
neutrale of daalpositie geplaatst worden.
Een last moet altijd in het midden van de haak
gehangen worden, de hakenspits niet belas-
ten (Fig. 7). Dit geldt ook voor de bovenhaak.
Dalen van de last
Schakelpal in positie dalen ' ' plaatsen en ink-
likken. Vervolgens handel op en neer bewe-
gen.
Vastzitten van de rem
Valt de last weg in een belaste takel zonder
dat de takel daarvoor in dalende richting is
gezet, blijft de rem gesloten.
Dit kan ook gebeuren indien de lasthaak strak
tegen de behuizing getrokken wordt.
Losmaken van vastzittende rem
Schakelpal in positie dalen ' ' plaatsen en
handel met een ruk doordrukken. Indien de
spanning zeer hoog was kan de rem met een
slaande beweging op de handel los gemaakt
worden, waarbij de schakelpal in positie dalen
' ' moet staan.
BEPROEVING / ONDERHOUD
De takel dient door een vakbekwaam persoon
regelmatig geinspecteerd te worden.
Inspecties zijn jaarlijks, echter bij zware
werkomstandigheden dienen zij met kortere
tussenpozen uitgevoerd te worden.
De beproeving is op zich visueel en op het
functioneren van de takel, waarbij de staat
van de onderdelen geinspecteerd wordt op
beschadigingen, slijtage, corrosie of andere
onregelmatigheden opdat een goede
werking van alle veiligheidsvoorzieningen
gewaarborgd is.
Ter beproeving van de rem en de eventuele
slipkoppeling is in de regel een proeflast in
het bereik van de toelaatbare nominale last
vereist.
De gebruiker dient er op toe te zien dat
de beproeving regelmatig plaats vindt.
7