10
Aan de slag
2.2 Basisinstellingen gebruiker
Nadat de Admin-gebruiker de achtergrondinstellingen
heeft gemaakt, kunnen de volgende stappen worden
gedefinieerd door de gebruiker.
Om te beginnen:
• Sluit de 12 V-voeding aan op de stroomaansluiting op het
apparaat.
• Meld u aan bij het apparaat.
Voer de instellingen in door het instellingenpictogram
te selecteren (zie hoofdstuk 3 voor uitgebreide instructies).
Bepaal de audio-instellingen:
Bepaal de netwerkinstellingen: hier kunt u de Ethernet-verbinding van uw apparaat configureren.
Bepaal de printerinstellingen:
Bepaal de schermhelderheid:
(Zie hoofdstuk 3 voor meer informatie).
Afb. 6.
Basisstappen voor
de gebruikersinstellingen.
zowel de aanraaktoon als de algemene tonen die het apparaat gebruikt,
kunnen worden aangepast van niveau 0 t/m 5. Hier kunt u ook het testgeluid
beluisteren.
hier kunt u de printeraansluitingen van uw apparaat configureren.
pas deze aan van 30 tot 100 %.
1) Inschakelen
2) Inloggen
3) Audio-instellingen bepalen
4) Netwerkinstellingen bepalen
5) Printerinstellingen bepalen
6) Helderheid instellen