Batterij En Opladen - HITWAY BK8 Operación Manual

OPMERKINGEN

Batterij en Opladen:

Opladen bij 0℃～45℃, ontladen bij -20℃～60℃, batterij droog houden. Plaats de batterij
niet in een zure of alkalische vloeistof. Vermijd regen en blijf uit de buurt van vuur, hitte en
omgevingen met hoge temperaturen. Het is ten strengste verboden om de positieve en
negatieve polen van de batterij omgekeerd aan te sluiten. Het is ten strengste verboden om
de batterij te beschadigen, te demonteren of kortsluiting te veroorzaken. Gebruik voor het
opladen de specifieke originele oplader, met een oplaadtijd van niet meer dan 6 uur en een
laadstroom niet groter dan 2A. Als u de batterij voor een lange tijd niet gebruikt, bewaart u
de batterij op een koele en droge plaats en laadt u de batterij elke maand vijf uur op. De
gebruiker dient bij het opladen de gebruiksaanwijzing te volgen, anders zijn de gevolgen
voor eigen risico. Let op het batterijtype en de toepasselijke spanning die de oplader kan
laden, en het is ten strengste verboden om te mengen. Tijdens het opladen moet het
apparaat in een geventileerde omgeving worden geplaatst. Het is ten strengste verboden om
op te laden in woongebouwen, gesloten ruimten of in de zon en in omgevingen met hoge
temperaturen. Sluit tijdens het opladen eerst de batterij aan en sluit deze vervolgens aan op
het stopcontact; nadat de lading vol is, moet u eerst het stopcontact loskoppelen en vervol-
gens de batterij loskoppelen. Wanneer het groene lampje brandt, moet de voeding op tijd
worden afgekoppeld en het is verboden om de oplader lange tijd op de wisselstroomvoeding
aan te sluiten zonder op te laden. Als het indicatielampje tijdens het laadproces abnormaal
is, er een vreemde geur is of de behuizing van de oplader oververhit is, stop dan onmiddelli-
jk met opladen en repareer of vervang de oplader. Let er tijdens het gebruik en de opslag
van de oplader op dat er geen externe voorwerpen binnendringen, met name water of
andere vloeistoffen, om kortsluiting in de oplader te voorkomen. De oplader moet indien
mogelijk niet met de fiets worden meevervoerd. Als het nodig is om de lader mee te nemen,
moet deze apart worden meevervoerd. Demonteer of vervang de accessoires in de oplader
niet zelf.
Rijden:
Gebruik het apparaat niet voordat u de instructies zorgvuldig hebt gelezen en de prestaties
van het product begrijpt; leen het niet uit aan mensen die het product niet kunnen besturen.
Controleer voordat u gaat fietsen of de remmen werken. Activeer bij het remmen eerst de
achterrem en daarna de voorrem. Let op de dichtheid van de rem. Als de rem te los zit,
gebruik dan een inbussleutel om hem vast te draaien. Let bij het rijden in regen of sneeuw
op het vergroten van de remweg. Geschikte leeftijd: Rijden tussen 16 en 65 jaar. Draag
tijdens het fietsen een veiligheidshelm, volg de verkeersregels en rijd niet op gemotoriseerde
rijstroken en wegen met veel voetgangers. Controleer de bandenspanning voordat u gaat
rijden. De aanbevolen bandenspanning is 35-40 PSI. Zorg er bij het rijden op afdalingen en
onverharde wegen voor dat de snelheid niet hoger is dan 15 KM/u. Let er bij het gebruik van
(61)
English / German / French / Spanish / ltalian / Dutch / Poland