2.
Plaats uw hand nooit in de buurt van het draai-
ende accessoire. Het accessoire kan terugslaan
over uw hand.
3.
Plaats uw lichaam niet in het gebied waar het
elektrisch gereedschap naar toe gaat wanneer
een terugslag optreedt. Een terugslag zal het
gereedschap bewegen in de tegenovergestelde
richting van de draairichting van de schijf op het
moment van beknellen.
Wees bijzonder voorzichtig bij het werken
4.
met hoeken, scherpe randen, enz. Voorkom
dat het accessoire springt of bekneld raakt.
Hoeken, scherpe randen of springen veroorzaken
vaak beknellen van het draaiende accessoire wat
leidt tot terugslag of verlies van controle over het
gereedschap.
5.
Bevestig geen kettingsschijf, gesegmenteerde
diamantschijf met randopeningen van meer
dan 10 mm, of getand zaagblad. Dergelijke
bladen leiden vaak tot terugslag of verlies van
controle over het gereedschap.
Veiligheidswaarschuwingen specifiek voor
polijstwerkzaamheden:
1.
Laat geen los deel van de polijsthoes of het
bevestigingstouwtje ervan vrij hangen. Stop
een los bevestigingstouwtje weg of knip het
af. Een los en rondslingerend bevestigingstouwtje
kan zich rond uw vingers wikkelen of gegrepen
worden door het werkstuk.
Aanvullende veiligheidswaarschuwingen:
1.
Laat het gereedschap niet ingeschakeld lig-
gen. Schakel het gereedschap alleen in wan-
neer u het vasthoudt.
2.
Houd u aan de instructies van de fabrikant
voor het correct aanbrengen en gebruiken van
accessoires. Behandel en bewaar accessoires
met zorg.
3.
Zorg ervoor dat het werkstuk goed onder-
steund is.
4.
Indien de werkplaats uiterst warm en vochtig
is, of erg verontreinigd is met geleidend stof,
gebruikt u een kortsluitstroomonderbreker
(30 mA) om de veiligheid van de gebruiker te
verzekeren.
5.
Gebruik het gereedschap niet op materialen
die asbest bevatten.
BEWAAR DEZE INSTRUCTIES.
WAARSCHUWING:
door een vals gevoel van comfort en bekendheid
met het gereedschap (na veelvuldig gebruik)
en neem alle veiligheidsvoorschriften van het
betreffende gereedschap altijd strikt in acht.
VERKEERD GEBRUIK of het niet naleven van de
veiligheidsvoorschriften in deze gebruiksaanwij-
zing kan leiden tot ernstig persoonlijk letsel.
Laat u NIET misleiden
BESCHRIJVING VAN DE
FUNCTIES
LET OP:
Controleer altijd of het gereedschap
is uitgeschakeld en de stekker ervan uit het stop-
contact is verwijderd alvorens de functies op het
gereedschap te controleren of af te stellen.
In- en uitschakelen
LET OP:
Controleer altijd, voordat u de stek-
ker in het stopcontact steekt, of de trekkerscha-
kelaar op de juiste manier schakelt en weer terug-
keert naar de uit-stand nadat deze is losgelaten.
LET OP:
Denk eraan het gereedschap uit te scha-
kelen in geval van een stroomstoring of per ongeluk uit-
schakelen, zoals wanneer de stekker uit het stopcontact
wordt getrokken. Anders zal het gereedschap onverwacht
worden ingeschakeld zodra de stroomvoorziening hersteld
is, waardoor een ongeluk of persoonlijk letsel kan ontstaan.
Om het gereedschap te starten, knijpt u gewoon de
trekkerschakelaar in. Laat de trekkerschakelaar los om
het gereedschap te stoppen.
Om het gereedschap continu te laten werken, knijpt
u eerst de trekkerschakelaar in en drukt u daarna de
aan-vergrendelknop in.
Om vanuit de vergrendelde stand het gereedschap te
stoppen, knijpt u de trekkerschakelaar helemaal in en
laat u deze vervolgens weer los.
LET OP:
De schakelaar kan worden vergrendeld
in de aan-stand ten behoeve van het gebruikersge-
mak bij langdurig gebruik. Wees extra voorzichtig
wanneer u de schakelaar in de aan-stand vergrendelt
en houd het gereedschap altijd stevig vast.
► Fig.1: 1. Aan-vergrendelknop 2. Trekkerschakelaar
Toerentalregelaar
Het toerental van het gereedschap kan worden veranderd door
de toerentalregelaar te draaien. De onderstaande tabel toont het
cijfer op de toerentalregelaar en het bijbehorende toerental.
► Fig.2: 1. Toerentalregelaar
Cijfer
1
2
3
4
5
KENNISGEVING:
rende een lange tijd ononderbroken op een laag
toerental wordt gebruikt, zal de motor overbelast
raken, waardoor een storing zal optreden.
KENNISGEVING:
tot stand 5 worden gedraaid en teruggedraaid tot stand
1. Forceer de regelaar niet voorbij de 5 of de 1 omdat de
toerentalregeling daardoor defect kan raken.
30 NEDERLANDS
Toerental
-1
600 min
-1
800 min
-1
1.300 min
-1
1.800 min
-1
2.100 min
Als het gereedschap gedu-
De toerentalregelaar kan slechts