2.
Houd de handgreep (4, afb. A) vast en trek de kom (5, afb. A) met
de mand (3, afb. A) uit de behuizing. Let op! Druk tijdens deze
handeling niet op de ontgrendelknop van de mand (7, afb. A).
3.
Plaats de bereide producten in de mand. Vul de mand niet tot
boven de MAX-aanduiding. Plaats nu de mand met de pan in
de behuizing.
4.
Sluit het apparaat op energiebron aan. Druk op de schakelaar
(1, afb. B) om het apparaat te starten. Druk nogmaals op de
knop om het opwarmingsproces te starten. Druk nogmaals om
het apparaat uit te schakelen.
5.
Druk op de knop verhoging (3, afb. B) of verlaging (4, afb. B)
van de temperatuur om de gewenste temperatuur van het
apparaat in te stellen. Door op deze knop te drukken wordt er
met 5 graden veranderd.
6.
Druk op de knop voor verkorten (6, afb. B) of verlengen van de
tijd (7, afb. B) om de bereidingstijd in te stellen. Door op deze
knop te drukken wordt er met 1 graad veranderd.
7.
Daarnaast kan je ook van de 7 automatische kookprogramma's
gebruik worden gemaakt voor bereiding van ribbetjes, vis, steak,
pastei, garnalen, kippenpoot, of frietjes. Druk op de menuknop
(5, afb. B) om het programma te kiezen en druk vervolgens op
de knop om te bevestigen. Meer informatie over programma's
zie Automatische programma's.
8.
Druk op de schakelaar om het apparaat met de geselecteerde
parameters te starten. Het apparaat wordt automatisch
uitgeschakeld wanneer het gedurende een bepaalde tijd niet
gebruikt.
9.
Wanneer het apparaat in bedrijf is, niet in de buurt van de
luchtuitlaat (6, afb. A) benaderen, het bestaat het risico van
verbranding.
10. Wanneer de schaal van de mand wordt uitgeschoven terwijl
het apparaat de ingrediënten roert, zal het apparaat stoppen.
Om het proces te kunnen voortzetten, moet de schaal terug
in het apparaat worden geschoven. Let op! Druk tijdens deze
handeling niet op de ontgrendelknop van de mand (7, afb. A).
11. Schuif de beveiliging en druk vervolgens op de ontgrendelknop
van de mand (7, afb. A) om de mand uit de schaal te nemen en
het klaargemaakte gerecht in een ander kom over te brengen.
NL