gereedschap gebruikt, en bewaar de veiligheidsvoor-
schriften goed.
Houd uw werkplek schoon en netjes. Wanordelijke
werkplekken en werkbanken verhogen de kans op
ongevallen en letsels.
Stel het apparaat niet aan regen bloot en gebruik
dit niet in een vochtige of natte omgeving.
Zorg bij het werken met de machine voor voldoen-
de verlichting, resp. voor goede lichtomstandig-
heden.
Gebruik het elektrische werktuig niet in een
explosiegevaarlijke omgeving waarin zich brand-
bare vloeistoffen, gassen of stoffen bevinden.
Elektrische werktuigen geven vonken af die stof of
dampen doen ontsteken.
Bescherm u tegen elektrische schokken.
Vermijd lichaamscontact met geaarde objecten (bijv.
buizen, radiatoren, elektrische fornuizen en koelappara-
ten). Er bestaat een verhoogd risico van een elektrische
schok, indien uw lichaam geaard is.
Houd kinderen en overige personen tijdens het
gebruik van elektrische werktuigen op afstand.
Zorg ervoor dat deze het elektrische gereedschap of
het snoer niet aanraken. Bij afleiding kan de controle
over het apparaat verloren gaan.
Let erop dat het elektrische gereedschap veilig
wordt opgeborgen. Gereedschap dat niet wordt
gebruikt, moet op een droge, zo hoog mogelijke of
ontoegankelijke plaats buiten bereik van kinderen
worden bewaard.
Overbelast het apparaat niet. Gebruik voor het
werk het daarvoor bestemde elektrische werktuig.
Met het passende elektrische werktuig wordt be-
ter en veiliger, in het aangegeven prestatiegebied,
gewerkt. Gebruik geen machines met een gering
vermogen voor zwaar werk.
Gebruik het elektrische gereedschap niet voor to-
epassingen waarvoor het niet bedoeld is. Gebruik
bijvoorbeeld geen handcirkelzaag om dikke takken of
houtblokken te zagen.
Draag geschikte kleding. Draag geen wijde kleding of
sierraden. Houd uw haar, kleding en handschoenen
ver van bewegende onderdelen. Voor werkzaam-
heden buiten adviseren wij slipvrije werkschoenen.
Draag lang haar in een haarnet.
Gebruik een veiligheidsuitrusting die op u is
afgestemd. Veiligheidsbril en gehoorbescherming
moeten altijd worden gedragen. Ook een stof- of
ademmasker is noodzakelijk. Bij de omgang met
scherpe messen en zaagbladen moeten altijd nauws-
luitende handschoenen worden gedragen.
Als inrichtingen voor stofafzuiging en -opvang
gemonteerd kunnen worden, controleer dan of
deze aangesloten zijn en op juiste wijze gebruikt
worden. Gebruik van een stofafzuiging kan de geva-
ren door stof verminderen.
Gebruik de kabel niet om het elektrische werktuig
te dragen, op te hangen of om de stekker uit het
stopcontact te trekken. Houd de kabel ver van
warmte, olie, scherpe kanten en/of bewegende
apparaatonderdelen. Beschadigde of verdraaide
kabels verhogen het risico van een elektrische schok.
Vermijd abnormale lichaamshoudingen. Zorg er
altijd voor dat u veilig staat en het evenwicht niet
verliest. Op een dergelijke wijze kan het elektrische
werktuig in onverwachte situaties beter gecontrole-
erd worden.
Onderhoud elektrische werktuigen zorgvuldig.
Houd snijwerktuigen scherp en schoon. Zorgvuldig
onderhouden snijwerktuigen met scherpe snijkanten
lopen minder snel vast en zijn eenvoudiger te
bedienen.
Volg de instructies voor het smeren en voor het
vervangen van de werktuigen.
Controleer regelmatig het aansluitsnoer van het
elektrische gereedschap en laat dit bij beschadi-
ging vervangen door een erkend vakman.
Controleer regelmatig de verlengkabels en vervang
deze, indien ze beschadigd zijn.
Houd handgrepen droog, schoon en vrij van olie
en vet.
Trek de stekker uit het stopcontact en/of verwijder
de accu bij niet-gebruik, voordat u apparaatin-
stellingen wijzigt of voordat u toebehoren zoals
zaagblad, boor of frees vervangt. Deze voorzorgs-
maatregelen verhinderen een ongewenste start van
het elektrische werktuig.
Verwijder instelgereedschap of schroefsleutels
voordat het elektrische werktuig wordt inge-
schakeld. Een werktuig of sleutel, die zich aan een
draaiend apparaatonderdeel bevindt, kan tot letsels
leiden.
Vermijd een ongewenste inbedrijfneming. Cont-
roleer of het elektrische werktuig uitgeschakeld
is, indien dit aan de stroomtoevoer en/of accu
aangesloten, opgetild of gedragen wordt. Als u bij
het dragen van het elektrische werktuig uw vinger
aan of bij de schakelaar hebt of het apparaat met de
schakelaar ingeschakeld aan de stroomvoorziening
aansluit, kan dit tot ongevallen leiden.
Indien u met een elektrisch gereedschap in de
openlucht werkt, mag u alleen verlengkabels
gebruiken die ook voor buitengebruik goedge-
keurd en als zodanig gemarkeerd zijn. Het gebruik
van een voor buitengebruik geschikte verlengkabel
vermindert het risico van een elektrische schok.
Wees attent, let op wat u doet en ga met verstand
met elektrische werktuigen aan het werk. Gebruik
geen elektrisch werktuig, indien u moe bent of
onder de invloed van drugs, alcohol of medicijnen
staat. Een moment van onoplettendheid bij gebruik
van het elektrische werktuig kan tot ernstige letsels
leiden.
Controleer de machine op eventuele beschadi-
gingen.
Vóór het verdere gebruik van het apparaat
moeten de veiligheidsinrichtingen zorgvuldig op een
perfecte en een juiste functie onderzocht worden.
Controleer of de bewegende onderdelen goed
functioneren en niet klemmen en dat de onderde-
len niet beschadigd zijn. Alle onderdelen moeten
NEDERLANDS
47