Bedieningselementen
(afbeeldingen: zie uitvouwpagina)
1 Grillrooster
2 Verwarmingselement
3 Vetopvangbak
4 Behuizing
5 4 bevestigingspunten voor het grillrooster (diep/hoog)
6 Warmteniveauregelaar
7 Indicatielampje
Plaatsing
1) Reinig vóór het eerste gebruik het apparaat en de accessoires zoals beschre-
ven in het hoofdstuk "Reinigen" .
2) Stel de behuizing 4 op in overeenstemming met de veiligheidsvoorschriften .
3) Plaats de vetopvangbak 3 zodanig in de behuizing 4, dat de uitsparing in
de rand naar voren wijst (zie uitvouwpagina) .
4) Vul de vetopvangbak 3 met ca . 1 liter koud water tot aan de MAX-markering .
5) Plaats het verwarmingselement 2 zodanig in de behuizing 4, dat de
warmteniveauregelaar 6 naar voren wijst . Let er daarbij op dat de pen op
de behuizing 4 in de daarvoor bestemde opening van het verwarmingsele-
ment 2 valt .
OPMERKING
►
Het verwarmingselement 2 is voorzien van een veiligheidsschakelaar .
Het apparaat kan alleen in gebruik worden genomen als het verwar-
mingselement correct is geplaatst .
6) Plaats het grillrooster 1 zodanig op de behuizing 4, dat de vier pootjes in
de daarvoor bestemde bevestigingspunten voor het grillrooster 5 vallen .
U hebt de keus uit twee instellingen:
–
Plaats het grillrooster
5
moeten worden gegaard . Deze instelling is vooral geschikt voor dunne
grillproducten, zoals garnalen of dunne biefstuk, en voor het snel aanbra-
den van vlees .
–
Plaats het grillrooster
producten langzaam moeten worden gegaard of moeten worden
warmgehouden . Deze instelling wordt bijvoorbeeld aanbevolen voor
het grillen van gevoelige levensmiddelen zoals groenten of vis, of voor
dikkere grillproducten .
■
54
│
NL │ BE
in de diepe linkerhelften van de bevestigingspunten
1
wanneer de te grillen producten met de hoogste temperatuur snel
in de hoge rechterhelften wanneer de te grillen
1
GTGE 2000 A1