Inbouwschema
5. UW APPARAAT BEDIENEN
Het is raadzaam om uw apparaat op een plaats te installeren waar de omgevingstemperatuur tussen
10 en 32°C. Als de omgevingstemperatuur boven of onder de aanbevolen temperaturen ligt, kunnen de
prestaties van het apparaat worden beïnvloed en bestaat de kans dat het onmogelijk is om de temperatuur
tussen 5-20°C kan worden bereikt.
Bedieningspaneel voor elke zone
•
"LIGHT "
Knop voor lichtbediening
•
"POWER"
Aan/uitknop
•
"DISPLAY"
Elektronische display voor de temperatuur
•
"UP"
Afstelknop temperatuur +.
•
"DOWN"
Afstelknop temperatuur –
86