5. FUNCTIESTORINGEN • WAARSCHUWINGEN
FUNCTIESTORING
1
Insteken van de netstekker
• A en B lichten niet op
• Ventilator is uitgeschakeld
2
Na de zelftest
• C en D knipperen
• 5 pieptonen
• Ventilator is uitgeschakeld
3
Tijdens de werking
• A en C branden
• intervalltonen (30 sec.)
• Ventilator is uitgeschakeld
Tijdens de werking
4
• A brandt
• D knippert
Tijdens de werking
5
• A en D branden
• Alarm 2 klinkt elk uur
• Ventilator is uitgeschakeld
6
Tijdens de werking
• A en D branden
• Alarm 1 klinkt elk uur
6. LUCHTTECHNISCHE INSTELLING • CONTROLE
7. POTENTIAALVRIJ ALARMCONTACT
OORZAAK MAATREGEL
1. Stopcontact heeft geen stroom of
2. zekering van de geaarde koppeling is defect of
3. lampje van het energiespaarlicht is defect
1. Mogelijk defect aan het toestel of
2. Defect aan de bewakingselektronica
1. Er bevinden zich evt. vreemde voorwerpen in of op
de (luchtstroom) afvoerluchtopening, deze moeten
verwijderd worden.
2. Evt. defect van de geïntegreerde afzuigventilator.
Het filter is bijna verzadigd, een spoedige
vervanging is dringend nodig!
Het filter is bijna geheel verzadigd en de ventilator werd
uitgeschakeld. Het filter moet op korte termijn vervangen
worden.
De toegestane gebruiksduur van het filter is verlopen. Het
filter moet op zeer korte termijn vervangen worden..
ALARMEN
Er zijn twee verschillende alarmen. Wanneer ze beide gelijktijdig geactiveerd worden, klinken deze
na elkaar met een tussentijd van ca. 6 seconden.
Volgorde geluiden alarm 1: kort – kort – lang
Volgorde geluiden alarm 2: lang – kort – lang – kort
Het vermogen van de ventilator is voldoende, om voor de onder het punt "Toepassing" genoem-
de kastmodellen een minimaal tienvoudige luchtwissel te bereiken. De foutloze luchttechnische
werking wordt zelfstandig door controle-electronica gecontroleerd. Door middel van de meting
van drukverschillen wordt in het afvoerkanaal de luchthoeveelheid bewaakt.
Een alarm (het oplichten van de rode LED (luchtstroom)) wordt zichtbaar als minder dan de helft
van de ingestelde luchtwaarde afgezogen wordt! Het optische alarm gaat alleen dan uit als de
ingegeven instelwaarde weer bereikt is.
Om het potentiaalvrij alarmcontact te gebruiken, moet de bijgeleverde driepolige stekker worden
gebruikt. Slechts de beide buitenste klemmen worden aan de stekker aangesloten! Intern word
een contact geschakeld (geopend) zodra de recirculatie-opzetunit de voorgeschreven volumestro-
om bereikt heeft. Daardoor kan gesignaleerd worden als zich een afvoerluchtstoring of filterverz-
adiging voordoet. Bovendien wordt gesignaleerd, wanneer de recirculatie-opzetunit van het net
afgekoppeld is.
OPMERKINGEN – absoluut naleven!
Vóór het vervangen van de zekeringen moet de geaarde
kabel ontkoppeld worden.
Gelieve zich tot uw bevoegde vakhandelaar te wenden of
tot onze service-afdeling +31 (0) 172 50 64 76.
Gelieve zich tot uw bevoegde vakhandelaar te wenden of
tot onze service-afdeling +31 (0) 172 50 64 76.
Gelieve zich tot uw bevoegde vakhandelaar te wenden of
tot onze service-afdeling +31 (0) 172 50 64 76.
Gelieve zich tot uw bevoegde vakhandelaar te wenden of
tot onze service-afdeling +31 (0) 172 50 64 76.
Gelieve zich tot uw bevoegde vakhandelaar te wenden of
tot onze service-afdeling +31 (0) 172 50 64 76.
OPGELET:
Het potentiaalvrij alarmcon-
tact mag niet worden gebruikt
om grote belastingen mee te
schakelen. Deze is slechts
daarvoor bedoeld een func-
tiestoring van het opzetstuk
KLANT
KUNDE
voor de retourluchtfilter door
een signaallampje, claxon o.a.
te signaliseren.
NL
17
17