Yoto YT-23300 Manual De Instrucciones página 84

NL
De spanning van de aandrijfriem aanpassen
Het product met onderdeelnummer YT-23310 en YT-23320 heeft een aandrijfriem. De spanning van de riem moet elke 100
bedrijfsuren van de compressor worden gecontroleerd en als de prestaties van de compressor afnemen. Het is verboden om de
compressor te gebruiken met een losse of te strak gespannen aandrijfriem, omdat dit de aandrijfcomponenten van de compressor
kan beschadigen.
LET OP! Schakel de compressor uit en haal de stekker uit het stopcontact voordat u begint met het spannen van de riem.
Ontgrendel met een verstelbare sleutel de klemmen (XI) van de afdekking door voorzichtig 90 graden met de klok mee of tegen
de klok in te draaien tot de klem loszit. Ontgrendel alle clips van de afdekking. Verwijder het voorste deel van de aandrijvingsaf-
dekking. Druk het bovenste deel van de aandrijfriem (XII) met een vinger op een punt tussen de aandrijfwielen met een klemkracht
van ongeveer 3 kg. De juiste doorbuiging van de riem op het controlepunt moet tussen 10 mm - 15 mm liggen. Als de spanning
van de aandrijfriem correct is, kan worden overgegaan tot de montagefase van de afschermkap voor de vooraandrijving in om-
gekeerde volgorde als beschreven in het gedeelte over het verwijderen van de afschermkap. Als de riemspanning moet worden
aangepast, gebruikt u een zeskantsleutel om de bevestiging van de achterkant van de aandrijvingsafdekking aan de compressor-
motor los te maken. Draai vervolgens met een steeksleutel de motorsteun los totdat de motor vrij kan bewegen ten opzichte van
de compressor. Afstelling gebeurt door de motor ten opzichte van de compressor te bewegen. Stel de juiste riemspanning in door
de motor naar rechts of links te bewegen ten opzichte van de compressor. Schroef alle motorsteunen en het achterdeksel vast
aan de compressormotor. Zorg ervoor dat alle aansluitingen goed vastgeschroefd zijn en niet bewegen tijdens de werking van de
compressor. U kunt de montage van de voorste afdekking van de aandrijving in omgekeerde volgorde uitvoeren als beschreven
in het gedeelte over het verwijderen van de afdekking. Controleer of de aandrijvingsafdekking correct gemonteerd is en of alle
afschermklemmen correct vergrendeld zijn. Als wordt vastgesteld dat de aandrijfriem aan vervanging toe is, neem dan contact op
met een erkend servicecentrum van de fabrikant.
Luchtfi lter reinigen
Het luchtfi lter voorkomt dat stof en vuil in de compressor terechtkomen. Het luchtfi lter wordt vuil, afhankelijk van de omstandig-
heden en hoe lang de compressor al draait. Controleer de vuilstatus van het fi lter eens per maand en als het fi lter gereinigd moet
worden, moet het fi lter ten minste elke 50 bedrijfsuren van de compressor gereinigd of vervangen worden. Een verstopt inlaatfi lter
kan de prestaties van de compressor ernstig beperken en de unit beschadigen. Het is verboden om de compressor te gebruiken
zonder correct gemonteerd luchtfi lter. Vuil dat met de lucht in de compressor komt, kan schade aan de compressor veroorzaken.
Schroef bij het apparaat met onderdeelnummer YT-23300, YT-23305 het fi lter met de hand linksom los, verwijder de bevesti-
gingsschroef van het luchtfi lterhuis (XIII), open het huis en trek het fi lter uit het huis. Reinig het fi lter in een sopje, spoel het af
met water en droog het grondig. Plaats het fi lter in de behuizing, zet de twee delen van de behuizing in elkaar en draai de beves-
tigingsschroef vast. Schroef het luchtfi lter met de wijzers van de klok mee met de hand in de luchtfi lteropening. Zorg ervoor dat
het luchtfi lter correct is geplaatst.
Bij een apparaat met onderdeelnummer YT-23310, YT-23320 verwijdert u het luchtfi lter van de compressorbehuizing met behulp
van een moersleutel door de bevestigingsschroeven (XIV) los te draaien. Open de behuizing en trek het fi lter uit de behuizing.
Reinig het fi lter in een sopje, spoel het af met water en droog het grondig. Plaats het fi lter in de behuizing, zet de twee delen
van de behuizing in elkaar en bevestig het luchtfi lter met schroeven aan de compressorbehuizing. Zorg ervoor dat het luchtfi lter
correct is geplaatst.
OPSLAG EN TRANSPORT
Vervoer het apparaat door het aan het handvat of de voet vast te nemen. In geval van transport in transportmiddelen, bescherm
de compressor tegen beweging. Transporteer en berg het apparaat alleen op als het is uitgeschakeld, losgekoppeld van de voe-
ding en met een lege luchttank. Bewaar het apparaat in gesloten ruimten met goede ventilatie. Tijdens opslag en transport mag
het apparaat niet worden blootgesteld aan direct zonlicht, warmtebronnen en neerslag. De opslagplaats moet beschermen tegen
toegang door onbevoegden, met name kinderen. Plaats niets op het apparaat.
O O R S P R O N K E L I J K E I N S T R U C T I E S
84