46
Onderhoud en reiniging
Het koelcircuit van dit apparaat bevat koolwaterstoffen; onderhoud en herladen mag alleen
uitgevoerd worden door bevoegde technici.
Periodieke reiniging
Het apparaat moet regelmatig worden schoongemaakt:
• maak de binnenkant en de accessoires schoon met lauw water en wat neutrale zeep.
• controleer de afdichtingen regelmatig en wrijf ze schoon om u ervan te verzekeren dat
ze schoon zijn en vrij van restjes zijn.
• spoel ze af en maak ze grondig droog.
Trek niet aan leidingen en/of kabels aan de binnenkant van de kast en verplaats of beschadig
ze niet.
Gebruik nooit schoonmaakmiddelen, schuurpoeders, erg geparfumeerde reinigingsproduc-
ten en waspolijstmiddelen om de binnenkant schoon te maken, aangezien deze het op-
pervlak beschadigen en een sterke geur achterlaten.
Maak de condensor (zwart rooster) en de compressor op de achterkant van het apparaat
schoon met een borstel of stofzuiger. Deze handeling zal de prestatie van het apparaat
verbeteren en het elektriciteitsverbruik besparen.
Zorg ervoor dat u het koelsysteem niet beschadigt.
Veel normaal verkrijgbare keukenreinigers bevatten chemicaliën die de kunststoffen die in
dit apparaat gebruikt zijn kunnen aantasten/beschadigen. Daarom wordt het aanbevolen
de buitenkant van dit apparaat alleen schoon te maken met warm water met een beetje
afwasmiddel.
Steek, na het schoonmaken van het apparaat, de stekker weer in het stopcontact.
Het ontdooien van de vriezer
Het vriesvak van dit model is een "no-frost"-type. Dit betekent dat zich in het vriesvak geen
ijs vormt als deze in bedrijf is, noch tegen de wanden noch op de levensmiddelen.
Het voorkomen van ijsvorming wordt gerealiseerd door een continue circulatie van koude
lucht in het vak, die aangedreven wordt door een automatisch geregelde ventilator.
Periodes dat het apparaat niet gebruikt wordt
Als het apparaat gedurende lange tijd niet gebruikt wordt, neem dan de volgende voor-
zorgsmaatregelen:
• trek de stekker uit het stopcontact,
• verwijder al het voedsel,
• ontdooi de koelkast,
• laat de deur/deuren op een kier staan om de vorming van onaangename luchtjes te
voorkomen.
Als uw apparaat aan blijft staan, vraag dan iemand om het zo nu en dan te controleren,
om te voorkomen dat het bewaarde voedsel bederft, als de stroom uitvalt.
16) indien nodig,
16)
en maak het apparaat en alle accessoires schoon,