DO1950S
•
Wees voorzichtig, ook nog na het snijden. Het mes kan nog even blijven
doordraaien nadat het toestel werd uitgeschakeld.
•
Om het gevaar op verwondingen te voorkomen, dient u het voedsel steeds met
behulp van de voedselslede en de drukplaat te snijden.
•
Plaats de snijdikteregelaar en de veiligheidsknop steeds op stand '0' na gebruik en
vooraleer het toestel te reinigen.
BEWAAR DEZE INSTRUCTIES OM LATER TE RAADPLEGEN
ONDERDELEN
1. Veiligheidsknop
2. Contactknop
3. Mes
4. Voedselslede
5. Drukplaat
6. Snijdikteregelaar
7. Opvangschaal
GEBRUIK
1. Plaats de snijmachine op een vlakke en stabiele
ondergrond om te vermijden dat het toestel verschuift.
2. Zorg ervoor dat de veiligheidsknop op 0 staat vooraleer
de voedingskabel in het stopcontact te steken. Gebruik
een stopcontact met wisselstroom en spanning vermeld op het toestel.
3. Plaats de voedselschaal aan de zijkant van het toestel om de snedes op te vangen.
4. Stel de gewenste snijdikte in door aan de snijdikteknop te draaien. De snijdikte
kan ingesteld worden van 1 tot 35 millimeter. Zet de snijdikteregelaar na gebruik
steeds terug op 0. De snijmachine kan worden gebruikt om vlees, brood, groenten
of kaas te snijden.
5. Plaats het voedsel op de voedselslede.
6. Om het mes te laten draaien: schuif de veiligheidsknop naar stand 1 en houd aan.
Druk tegelijkertijd op de contactknop om te snijden. Als je de veiligheidsknop nu
los laat, gevolgd door de contactknop, zal het toestel automatisch blijven snijden.
De veiligheidsknop komt op 0 te staan.
Opgelet: Wees extra voorzichtig tijdens het snijden.
7. Snij het voedsel door de voedselslede naar voor te schuiven. Gebruik de duwplaat
om het voedsel tegen het mes te duwen. Snijd het voedsel altijd met behulp van de
voedselslede en indien mogelijk met de duwplaat om het risico op verwondingen
te vermijden.
2
5
14
1
3
4
1
2
6
7