Descargar Imprimir esta página

Perel Tools CMD01 Manual Del Usuario página 20

Publicidad

Idiomas disponibles
  • ES

Idiomas disponibles

  • ESPAÑOL, página 23
Opmerkingen:
• Wanneer u waardevolle metalen voorwerpen vindt, klinkt een intens signaal. Wordt het signaal niet herhaald, ook
niet nadat u de zoekspoel enkele keren over en weer boven het doel heeft laten gaan, dan is de vondst
waarschijnlijk waardeloos.
• Vervuilde grond, elektrische interferenties of grote, grove stukken afvalmetaal kunnen misleidende signalen
veroorzaken. Deze herkent u meestal aan de gebroken of niet reproduceerbare signalen die vanuit de detector
afgaan.
e. Fijnafstelling
Wanneer u met uw detector vertrouwd bent geraakt, kunt u hem fijnregelen om selectiever te gaan zoeken.
1) SENSITIVITY regelen
Door de SENSITIVITY (gevoeligheid) op MIN. of MAX. of er tussenin te
regelen, zorgt u ervoor dat de zoekspoel ook voorwerpen kan opsporen die
op verschillende dieptes in de grond liggen. Zet SENSITIVITY op het
maximum om de grond zo diep mogelijk te kunnen doorzoeken. Begint de
detector te "ratelen", dan kunt u dit geluid stoppen door de gevoeligheid
(SENSITIVITY) een eind terug te draaien.
2) GROUND regelen
Het zal even duren voor u de regeling van de GROUND-regelaar onder de
knie hebt, maar het is voor de precisie wel heel belangrijk.De GROUND-
regelaar schakelt immers valse signalen door ertshoudende grond uit.
1. Schakel over naar MODE VLF en breng de zoekspoel tot op ongeveer 1 à 4 cm van de grond.
2. Wijkt de wijzer naar rechts uit, draai dan GROUND naar links. Gaat de wijzer naar rechts, draai GROUND naar rechts.
3. Breng de zoekspoel tot op 30 cm van de grond en druk op de rode knop op het handvat. De wijzer komt weer in
het midden te staan.
4. Herhaal stappen 1 - 3 tot de wijzer in het midden blijft telkens als u de zoekspoel dichter bij de grond brengt.
Als GROUND eenmaal is afgesteld, is de detector afgestemd op de grondeigenschappen van deze locatie. U hoeft
dit niet meer te regelen, tenzij u besluit een andere plek te onderzoeken.
3) DISCRIMINTATIE regelen
Discriminatie slaat op het vermogen om verschillende soorten metaal te onderscheiden. Met de DISCRIMINATION-
knop bepaalt u in hoeverre de detector het onderscheid maakt tussen soorten ijzer- en niet-ijzerhoudende metalen.
Als de MODE-knop op stand TR2 staat, begin dan met de DISCRIMINATION-knop in het midden. Pas de positie van
de knop aan terwijl u zoekt. Hoe hoger de DISCRIMINATION, hoe beter het onderscheid tussen bijvoorbeeld grote
stukken aluminium en goud. Maar kleinere, waardevolle voorwerpen, zoals muntstukken of ringen, zouden wel eens
overzien kunnen worden. Naarmate u DISCRIMINATIONhoger zet zal de detector - in deze volgorde - stukjes
zilverpapier, dikkere folio's en metalen voorwerpen zoals treklipjes afkomstig van aluminium blikjes negeren.
Opmerking: U dient DISCRIMINATION wel telkens opnieuw af te stellen als u van plaats verandert, want elke
locatie biedt nieuwe uitdagingen.
f. Misleidende signalen
De grote gevoeligheid van uw detector kan soms aanleiding geven tot misleidende interferenties met afvalmateriaal
en andere bronnen. De beste manier om aan dit soort misleidende signalen het hoofd te bieden, is alleen te graven
naar doelwitten die een sterk, herhaald signaal uitzenden terwijl u de zoekspoel heen en weer zwaait boven de
grond. De ervaring zal u leren hoe u toevallige signalen van vaste, reproduceerbare signalen kunt onderscheiden.
U kunt dit soort problemen sterk reduceren door slechts kleine oppervlakten tegelijkertijd te onderzoeken. Voer hierbij
trage en korte, elkaar overlappende zwaaibewegingen uit.
CMD01_v2
PEREL

Publicidad

loading