14 Opslaghoeveelheden/Gezamenlijke Opslag/Beschikbaarstelling; 16 Openen Van De Kasten Na Een Geval Van Brand; 18. Veiligheidstechnische Inspectie - asecos Cabinets Manual De Instrucciones

13. Ventilatie (2)
Modellen TRG.205.xxx, G90.xxx.xxx
Kasten voor drukgasflessen moeten volgens DIN 12925 deel 2 (EN 14470 deel 2 vanaf uitgave) aan een technisch luch-
tafvoersysteem zijn aangesloten, dat bij een niet gevaarlijke plek naar buiten uitloopt.
Voor brandbare en brandbevorderende gassen is een 10-voudige en voor toxische gassen min. een 120-voudige lucht-
verversing voorgeschreven. De ventilatie moet permanent in werking zijn. De drukvermindering in de kast mag 150 Pa
niet overschrijden. De instroomsnelheid van de lucht moet minstens 20cm/s bedragen.
Dient een kast daarentegen voor de algemene opslag van inerte gassen, zo hoeft deze niet aan een luchtafvoersysteem
te zijn aangesloten.
14. Opslaghoeveelheden/gezamenlijke opslag/beschikbaarstelling
Neem naar gelang het type en de klasse van de kast de geldende nationale regelingen/richtlijnen in acht.
Modellen TRG.205.xxx, G90.xxx.xxx
Het totale volume van de geplaatste drukgasflessen mag 210l + 10l voor een spoelgasfles niet overschrijden.
15. Keurmerken
Alle modellen zijn volgens de eisen van de EN 14470-1 en DIN 12925-1 resp. de DIN 12925-2 (EN 14470 deel 2 vanaf
uitgave) (bij TRG- en G90-modellen) gekeurd.
16. Openen van de kasten na een geval van brand
Attentie: de kasten mogen na een brand pas na een 6-voudige duur van de brandduur worden geopend. Naar gelang
de brandduur zou zich een ontvlambaar damp-luchtmengsel gevormd kunnen hebben. Voor het openen alle ontste-
kingsbronnen in een omtrek van min. 10m rondom de kasten verwijderen. De deuren uitsluitend met uiterste voorzich-
tigheid openen. Uitsluitend vonkvrij gereedschap gebruiken.
17. Verwijdering
Alle modellen zijn zo geconstrueerd dat als ze uit elkaar zijn gehaald, ze eenvoudig per soort of materiaal kunnen wor-
den verwijderd. De kasten bevatten geen materialen die als gevaarlijke afvalstoffen verwijderd moeten worden.

18. Veiligheidstechnische inspectie

Als veiligheidstechnische installaties dienen de kasten minstens 1x per jaar veiligheidstechnisch te worden
geïnspecteerd; dit moet volgens de herstellerinstructies uitgevoerd worden om een correcte functie te garanderen.
De volgende inspectietermijn vindt u op het inspectieplaatje aan de buitenkant van de deur.
Deze jaarlijkse inspectie kan met de nodige zorgvuldigheid en ter bescherming van uw aanspraken op garantie in
geval van brand alleen door een geautoriseerd asecos-medewerker worden uitgevoerd.
Daarnaast adviseren wij dat uzelf een dagelijkse alsook een maandelijkse inspectie van de functies uitvoert.
De dagelijkse inspectie heeft betrekking op de opvangbakken (eventuele lekkages dienen onmiddellijk te worden
verwijderd).
De maandelijkse inspectie heeft betrekking op de correcte functie van de deur(en), alsook op een correcte zitting en
staat van de brandbeschermende afdichtingen. (In geval van schade dient u contact op te nemen met uw eigen dealer
om de kast met originele onderdelen te laten repareren.)
De kasten kunnen gereinigd worden met een mild huishoudelijk reinigingsmiddel en een zachte doek.
Service en onderhoud moeten (op dagelijkse en maandelijkse functiecontroles na) door daartoe bevoegd
vakpersoneel (in het kader van de jaarlijkse veiligheidstechnische inspectie) uitgevoerd worden.
Een veelvoud aan producten rondom de veilige omgang met gevaarlijke stoffen van alle soorten vindt u in onze
algemene catalogus die u op telefoonnummer +31 (0) 172 50 64 76 gratis kunt opvragen.
Bij gebreken of klachten m.b.t. onze producten binnen of buiten de garantieperiode en voor het aanvragen van
veiligheidstechnische inspecties kunt u contact opnemen met de dealer in uw buurt (zie keerzijde van deze
gebruiksaanwijzing).
24 24