Toepassingsgebied van het apparaat:
- De schroeven- en boutendraaiers CL.V146D en CL.C1913D zijn ontworpen voor het links- en rechtsom schroeven van schroeven en moeren.
Het opladen van de batterijen:
Uw nieuwe batterijen bereiken hun optimale vermogen pas na ca. 3 keer opladen en ontladen.
Opladen van de batterij:
- Druk op de grendels (nummer 7) van de accu om deze van de machine los te maken.
- Schuif de batterij naar de voorzijde van de machine.
- Sluit de oplader aan op het spanningsnet ( 230 V ~ ).
Wanneer u de stekker van de
1
oplader in het stopcontact steekt,
knippert het groene controlelampje
en is er een geluidssignaal te horen
- Haal de stekker van de oplader uit het stopcontact.
- Druk op de grendels (nummer 7) van de batterij en verschuif deze om hem uit de oplader te halen.
- Plaats de batterij opnieuw stevig op de machine.
Universele oplader:
- Met uw oplader kunt u de verschillende FACOM batterijen van 9,6 tot 19,2 Volt opladen, of deze nu van Ni-MH of Ni-Cd zijn.
Voorwaarden voor het opladen:
- Om de batterij zo goed mogelijk op te laden, heeft de oplader een temperatuursensor (NTC) waarmee tussen 10˚C en 40˚C
opgeladen kan worden.
- Wanneer de batterij bij een temperatuur onder 5˚C is bewaard, laat hem dan eerst op kamertemperatuur komen, alvorens hem op te laden.
- En omgekeerd, wanneer de batterij te warm is geworden na een langdurig gebruik, laat hem dan enkele minuten afkoelen
alvorens hem te gaan opladen.
Ni-MH batterijen:
- De Ni-MH batterijen van FACOM hebben geen ''geheugenwerking'' ; het is derhalve niet nodig ze eerst volledig te ontladen
alvorens ze weer op te laden.
ADVIES: voor betere prestaties en een langere levensduur van uw accu's deze één of twee keer per jaar ontladen door uw
machine onbelast te laten draaien tot volledige stilstand van de motor.
Na het opladen:
Na het opladen:
Na het opladen:
Na het opladen:
Na het opladen:
- Met de Facom oplader CL.CH919 kan de batterij na het opladen op zijn plaats blijven zonder dat deze beschadigd wordt;
een onderhoudsstroom vervangt de laadstroom zodra het groene controlelampje gaat branden.
Het wordt echter aanbevolen de batterij uit de oplader te halen zodra hij opgeladen is.
NU-CL.CV_1005
Steek de batterij stevig in de oplader
2
door hem in de richting van de pijl te
schuiven. De bescherming van de
contactpunten van de batterij trekt zich
automatisch terug.
De batterij wordt
opgeladen, het
rode controlelampje
brandt.
De oplader staat in stand-by,
want de temperatuur van de
accu is niet geschikt voor het
opladen, het rode
controlelampje knippert, er
klinken 2 geluidssignalen.
24
De batterij wordt op de juiste wijze
3
opgeladen. Het groene controlelampje
brandt, er klinken 5 geluidssignalen.
Wanneer de 2 controlelampjes
knipperen en er een twintigtal
geluidssignalen te horen is:
- ofwel de batterij is niet
conform of defect,
- ofwel de oplader is defect.
Neem contact op met uw
dealer
18/11/05, 9:17