Publicidad
Idiomas disponibles
Idiomas disponibles
4.1 Kennismaking met de plotter
In dit gedeelte maakt u kennis met de ele-
menten van de plotter en hoe ze werken. Dit
helpt u de instructies in de latere hoofdstuk-
ken sneller te volgen.
Hoe het werkt
De gegevens voor een labelingtaak worden overgedra-
gen van de aangesloten pc naar het geheugen van de
plotter en opgeslagen. Het labelingsproces start als de
schrijfarm naar het penstation beweegt, een pen in de
penhouder neemt, dan naar de startpositie beweegt
en begint met labelen. Zodra het labelingsproces is
voltooid, wordt de pen teruggeplaatst in het penstati-
on en gaat de schrijfarm naar de startpositie.
Als de schrijfhulp is ingeschakeld (zie page 298), be-
wegen de schrijfarm en pen eerst naar een schrijfbord
voor het plotproces begint.
Auto-kalibratie
Iedere keer als er wordt ingeschakeld of een schrijfpro-
ces wordt voortgezet, voert de plotter het auto-kalibra-
tieproces uit. Als onderdeel van dit proces beweegt de
schrijfarm helemaal naar rechts en gaat de penhouder
naar de rechter bovenhoek. Op dit punt de schrijfarm
niet aanraken of verplaatsen omdat anders de correcte
schrijfpositie niet kan worden gegarandeerd.
Besturingen en displays
Alle besturingen en leddisplays bevinden zich op het
controlepaneel. De vierkante besturingstoetsen reage-
ren op een lichte aanraking met de vinger.
Schrijfarm
Tijdens bedrijf beweegt de schrijfarm met de pen-
houder automatisch over het schrijfoppervlak. Het is
daarom belangrijk dat hij niet wordt belemmerd door
objecten op het schrijfoppervlak of in de buurt van de
plotter.
Als de plotter in de stopmodus is, kunt u de schrijfarm
met de cursortoetsen positioneren en de plotterpen
heffen en neerlaten.
4326440000/04/12.2016
Penstation en plotterpennen
Er kunnen tot vier plotterpennen worden gehuisvest in
de afdichtingsinzetten van het penstation bijv. met ver-
schillende dikten. Als u slechts met één plotterpen wilt
werken maakt het niet uit in welke afdichtingsinzet u
deze plaatst.
Om pennen te plaatsen in of te verwijderen uit het sta-
tion, moet de plotter ingeschakeld en het penstation
open zijn (zie hoofdstuk 5). Het open penstation wordt
na een maximum van twee minuten automatisch ge-
sloten om te voorkomen dat de pennen uitdrogen.
Het servicepack bevat een afdichtingsinzet als reserve-
onderdeel (zie hoofdstuk 10).
Als een plotterpen met een HP-houder (bijv. STI-pen
met adapter) moet worden gebruikt, moet deze direct
in de penhouder op de schrijfarm worden geplaatst.
Toegang tot het penstation moet ook worden gedeac-
tiveerd via de software (zie hoofdstuk 6.2).
Bevestigingsplaat voor labelingselementen
De labelingselementen moeten worden geplaatst in
een bevestigingsplaat zodat ze op nauwkeurige loca-
ties in de plotter kunnen worden gepositioneerd. Aan
de boven- en onderranden van het schrijfoppervlak zijn
vier houderpinnen bevestigd aan de bodemplaat van
de plotter. Deze houderpinnen zijn een plaatsingsgelei-
ding voor de bevestigingsplaten.
U kunt verschillende bevestigingsplaten gebruiken met
de MCP Plus 2:
– Bevestigingsplaat voor MultiCard (meegeleverd)
– Bevestigingsplaat voor markeerders SlimFix (SF4 tot
SF6)
– Bevestigingsplaat voor DIN A4 labelingsplaten
Afb. 4.3 Bevestigingsplaat met instelplaat
Apparaatbeschrijving
297
Publicidad
Capítulos
