NAD C 422 Manual Del Usuario página 29

Tabla de contenido

Publicidad

Idiomas disponibles
  • ES

Idiomas disponibles

  • ESPAÑOL, página 36
5 12V TRIGGER IN - Dankzij deze ingang kan de C 422 van op
afstand op Stand-by [slaapstand] worden gezet of worden
ingeschakeld [On] door aangesloten apparatuur, zoals bijv. een
eindversterker of een voorversterker, een AV-processor, enz, die ook
zijn uitgerust met een 12V-trigger-uitgang. Om de C 422 met behulp
van een extern toestel op Stand-by/Power On te schakelen, dient u
de 12V-trigger-ingang van de C 422 aan de DC-uitgangsaansluiting
van het remote apparaat aan te sluiten. Hiervoor is een standaard
3,5mm mini-stekker (mono) nodig. De spits is de aansluiting die
onder stroom staat of de + aansluiting, de koker van de
ingangsaansluiting is de 12V-trigger - aansluiting of de aarding.
N.B.
De 12V-trigger van de C 422 functioneert in een bereik van 6 tot 15
V gelijkstroom en verbruikt normaal minder dan 10mA stroom.
Controleer
de
technische
uitgangsaansluiting op het remote apparaat om zeker te stellen dat
het compatibel is met de 12V-trigger-ingang van de C 422. NAD-
apparaten die zijn uitgerust met 12V-uitgang-triggers zijn geheel
compatibel met de 12V-trigger-ingang van de C 422. Alvorens iets
aan te sluiten aan een 12V-trigger- ingang of -uitgang, dient u zeker
te stellen dat alle onderdelen van het lichtnet (wisselstroom) zijn
afgesloten. Indien bovenstaande richtlijnen niet worden opgevolgd,
kunnen de NAD C 422 of hierop aangesloten componenten
beschadigd raken. Indien u onzeker bent van deze aansluitingen, de
installatie of de werking van de 12V- trigger-uitgang, gelieve contact
op te nemen met uw NAD-verdeler.
6 NETSNOER (AC=wisselstroom) - Steek het lichtnetsnoer [AC =
wisselstroom] in een wandstopcontact dat onder stroom staat, of
aan een speciale AC-aansluiting die achterop de versterker is
voorzien.
BEDIENINGSELEMENTEN OP HET FRONTPANEEL
1 POWER ON/OFF (VOEDING AAN / UIT) - De POWER-toets
schakelt de tuner in en uit. Druk op de Power-toets om de Tuner in
te schakelen en de display en de Power-controlelamp (Nr 2) gaat aan.
Druk opnieuw op de Power-toets om het apparaat uit te schakelen.
N.B.
De C 422 omvat een ingebouwde receiver om opdrachten te
ontvangen van een afstandsbediening. De meeste NAD-
afstandsbedieningen die over een aan- / uit-toets beschikken of over
twee verschillende toetsen voor het in- en uitschakelen kunnen de
tuner normaal gezien vanuit Stand-by [slaapstand] inschakelen en
omgekeerd.
De C 422 beschikt over een back-up-geheugen om de Preset-
gegevens [voorinstellingen] op te slaan. Deze informatie blijft
meerdere weken in het geheugen opgeslagen, zelfs wanneer het
apparaat volledig is uitgeschakeld of wanneer de stekker is
uitgetrokken. Wanneer het apparaat wordt ingeschakeld, schakelt
de C 422 terug naar de laatste radiozender die was ingesteld voordat
het apparaat werd uitgeschakeld. Zo kan u de tijd van opnames
instellen met behulp van een externe timer en opnemer.
2 POWER-CONTROLELAMP - De groene Power-controlelamp gaat
aan wanneer het apparaat wordt ingeschakeld. Wanneer de tuner in
Stand-by-modus staat (op slaapstand geschakeld d.m.v. een
afstandsbediening of de 12V-trigger-ingang) wordt de controlelamp
oranje. Wanneer het apparaat volledig is uitgeschakeld, gaat deze
controlelamp uit.
gegevens
van
de
Trigger-
3 BLEND [Mengen] - De signalen van zwakke of verre stereo-
radiozenders worden soms ontvangen met ruis of met een fluitend
geluid daar de signalen te zwak zijn. Door de tuner op mono in te
stellen kan u deze ruis of dit fluitend geluid verminderen maar dit
heeft wel als gevolg dat u de stereo-signalen verliest. De BLEND-
functie [Mengen] van NAD biedt u de mogelijkheid deze ruis en dit
fluitend geluid te verminderen en, in tegenstelling met mono,
tegelijkertijd een zekere hoeveelheid van de stereo-afscheiding te
behouden. De Blend-toets schakelt de mengfunctie in en uit, en
wanneer BLEND is ingeschakeld, gaat de "BLEND"-controlelamp aan
op de display.
N.B.
U kan de "Blend"-stand voor de verschillende vooringestelde
radiozenders opslaan. Voor nadere informatie, gelieve het Hoofdstuk
"Opslaan, oproepen en het benamen van voorinstellingen" te
raadplegen.
4 MEMORY [Geheugen] - Het geheugen dient om de verschillende
vooringestelde radiozenders op te slaan en om de namen, die u aan
vooringestelde radiozenders zonder RDS informatie heeft
toegewezen, op te slaan. Wanneer u bij normaal gebruik op Memory
drukt, knippert het nummer van de Preset [voorinstelling] en de rode
"MEMORY"-controlelamp op de display. Indien er in minder dan 12
seconden geen andere toets wordt ingedrukt, schakelt de tuner
eenvoudigweg terug naar zijn vroegere stand. Voor nadere
informatie, gelieve het Hoofdstuk "Opslaan, oproepen en het
benamen van voorinstellingen" te raadplegen.
5 FM MUTE/MODE - Deze toets heeft twee functies. Hij schakelt de
tuner van stereo naar mono en schakelt tegelijkertijd het dempcircuit
uit. Het dempcircuit zorgt ervoor dat de tuner stil is gedurende het
zoeken naar en het afstemmen van radiozenders. Zo vermijdt u het
geruis terwijl u de radio afstemt. Let wel dat het dempcircuit de
signalen van zeer zwakke radiozenders kan onderdrukken. Indien
een zwakke radiozender op stereo staat, is er ook veel
achtergrondruis. Door naar de modus Mono over te schakelen en
door het dempcircuit uit te schakelen door op de FM MUTE/MODE-
toets te drukken, kan u de radiozender toch horen en bovendien
verdwijnt het grootste gedeelte van de achtergrondruis ook.
Bij normaal gebruik, is het dempcircuit ingeschakeld, en de display
geeft "FM MUTE" weer. Druk op de FM Mute/Mode-toets om het
dempcircuit uit te schakelen en om van stereo- naar mono-ontvangst
te schakelen. Het licht van "FM MUTE" zal uitgaan op de display.
Druk opnieuw op de FM Mute/Mode-toets om het toestel weer op
Auto Stereo FM te stellen.
N.B.
U kan de "FM Mute/Mode"-stand voor de verschillende
voorinstellingen opslaan. Voor nadere informatie, gelieve het
Hoofdstuk
"Opslaan,
oproepen
voorinstellingen" te raadplegen.
6 AM/FM - De AM/FM-toets schakelt de tuner van de AM-band naar
de FM-band en omgekeerd. De display geeft de frequentie van de
afgestemde radiozender weer zowel als de geselecteerde band. Het
afstemmen op FM tuning verloopt in stappen van 0.05 MHz, en het
afstemmen op AM verloopt in stappen van 9 kHz of 10 kHz,
naargelang het model.
en
het
benamen
van
29

Publicidad

Tabla de contenido
loading

Tabla de contenido