EHL 65 EQ
NL
sas kan in het oppervlak blijven steken en leiden
tot verlies van controle en daardoor tot ernstig
letsel.
– Pak het elektrische gereedschap alleen aan de
geïsoleerde greepvlakken vast, omdat de me-
sas de eigen netkabel kan raken. Het contact
met een spanningvoerende leiding kan ook me-
talen apparaatonderdelen onder spanning zetten
en tot een elektrische schok leiden.
– Bevestig het werkstuk en zet het met schroef-
klemmen of op een andere manier vast op een
stabiele ondergrond. Als u het werkstuk slechts
met één hand of tegen uw lichaam houdt, blijft
het stabiel, wat tot het verlies van controle kan
leiden.
– Elektrisch gereedschap van Festool mag alleen
worden ingebouwd in werktafels die hiervoor
door Festool bedoeld zijn. Door inbouw in ande-
re of zelfgemaakte werktafels kan het elektrisch
gereedschap onveilig worden, met mogelijk ern-
stige ongevallen als gevolg.
– Controleer voor gebruik altijd of het inbouwappa-
raat functioneert en neem het alleen in gebruik
wanneer het functioneert volgens de voorschrif-
ten.
– Draag een passende persoonlijke veiligheids-
uitrusting: gehoorbescherming, veiligheidsbril,
stofmasker bij werkzaamheden waarbij stof vrij-
komt en veiligheidshandschoenen bij het bewer-
ken van ruwe materialen en het wisselen van
gereedschap.
5.3
Emissiewaarden
De volgens EN 60745 bepaalde waarden bedragen
gewoonlijk:
Geluidsdrukniveau
Geluidsvermogensniveau
Onzekerheid
Draag gehoorbescherming!
Trillingsemissiewaarde a
richtingen) en onzekerheid K bepaald volgens
60745:
Trillingsemissiewaarde
assig):
Onzekerheid
De aangegeven emissiewaarden (trilling, geluid)
– zijn geschikt om machines te vergelijken,
– om tijdens het gebruik een voorlopige inschat-
30
L
= 77 dB(A)
PA
L
= 88 dB(A)
WA
K = 3 dB
(vectorsom van drie
h
(3-
a
< 2,5 m/s
h
K = 1,5 m/s
ting van de trillings- en geluidsbelasting te ma-
ken
– en gelden voor de belangrijkste toepassingen
van het persluchtgereedschap.
Hogere waarden zijn mogelijk bij andere toepassin-
gen, met ander inzetgereedschap of bij onvoldoen-
de onderhoud. Neem de vrijloop- en stilstandtijden
van de machine in acht!
6
Inwerkingstelling
Ontoelaatbare spanning of frequentie!
Gevaar voor ongevallen
De netspanning en de frequentie van de stroom-
bron dienen met de gegevens op het typeplaatje
overeen te stemmen.
In Noord-Amerika mogen alleen Festool-machi-
nes met een spanningsopgave van 120 V/60 Hz
worden ingezet.
De machine altijd uitschakelen alvorens het
netsnoer aan te sluiten of uit het stopcontact
te trekken!
Zie figuur [2] voor het aansluiten en ontkoppelen
van het netsnoer -.
Inschakelen: [1-7] indrukken
Uitschakelen: [1-7] loslaten
7
Instellingen
Gevaar voor letsel, elektrische schokken
Haal vóór alle werkzaamheden aan de machine
altijd de stekker uit het stopcontact!
7.1
Elektronica
De machine beschikt over een volledige golfelek-
tronica met de volgende kenmerken:
Zachte aanloop
De elektronisch geregelde zachte aanloop zorgt er-
voor dat de machine stootvrij aanloopt.
Constant toerental
Het motortoerental wordt elektronisch constant
2
gehouden. Hierdoor wordt ook bij belasting een ge-
lijkblijvende snijsnelheid bereikt.
2
Temperatuurbeveiliging
Bij een te hoge motortemperatuur worden stroom-
toevoer en toerental gereduceerd. De machine
loopt alleen nog op beperkt vermogen om een snel-
WAARSCHUWING
WAARSCHUWING