4. Houd de CHNEL toets ingedrukt totdat u een signaal hoort om de zender die
u heeft gevonden op te slaan. De zender is nu opgeslagen op de voorgeselec-
teerde geheugenlocatie.
5. Wanneer de ontvangst te zwak is, kunt u deze verbeteren door de positie van
de draadantenne te veranderen.
OPMERKING:
Alle opgeslagen zenders kunnen worden gewist door tegelijkertijd op de toetsen
CH+ en CHNEL te drukken.
Selecteer opgeslagen zenders
Druk herhaaldelijk op de CHNEL toets (5) om de opgeslagen radiozender te selecte-
ren.
Volume
Het volume kan worden aangepast door op de UP/DOWN toetsen (3/4) te drukken.
Temperatuurweergave
Het apparaat neemt de huidige temperatuur waar en deze wordt op het scherm
getoond.
• In de normale schermmodus (Fig. 2) kunt u de temperatuurweergave omwis-
selen in °C (graden Celcius) en °F (graden Fahrenheit) met de DOWN toets.
Uitschakelen
Het apparaat is uitgeschakeld wanneer het scherm de normale modus weergeeft (zie
Fig. 2).
Herstel Fabrieksinstellingen
Elke storing tijdens de werking kan worden hersteld door op de Resettoets te druk-
ken.
• Druk op de Resettoets (8) met behulp van een draad of een soortgelijk iets om
de elektronica te resetten.
Nederlands
21