Toepassing
Plaats het artikel voor de training vóór u. Begin
met een lichte training en weerstand. Draai daar-
voor de weerstandsschroef los. Hoe vaster de
weerstandsschroef gedraaid is, hoe moeilijker
de pedalen te draaien zijn.
Begin de training tijdens de opwarmfase met
langzame bewegingen en een geringe weer-
stand. Voer na ca. 5-10 minuten het tempo en de
weerstand op. Verminder op het einde van uw
training weer uw beweging en de weerstand.
Na de training doet u rekoefeningen voor de
betreffende spieren.
Training van de benen (afb. H)
Bij deze oefening moet de stoel zodanig vóór
het artikel staan, dat uw kniegewrichten tijdens
de strekfase altijd lichtjes gebogen zijn resp.
blijven.
Let erop dat u vrij op de stoel zit en niet achtero-
verleunt.
1. Zet het artikel op een vlakke, stabiele en
slipvrije vloer en ga ontspannen en rechtop
met rechte rug vóór het artikel op een stoel
zitten.
Opmerking: let erop dat de stoel stabiel en
comfortabel is.
2. Zet uw voeten zodanig op de pedalen, dat de
voetzolen in het midden belast worden.
3. Zet uw bekken voorwaarts overeind en span
de buikspieren aan. Houd bij de oefening
doorlopend de buikspieren op spanning.
4. Houd uw bovenlichaam rechtop en trek de
schouderbladen naar de wervelkolom.
Uw hoofd ligt in het verlengde van de wervel-
kolom.
5. „Fiets" met de voeten en vermijd daarbij
uitwijkende bewegingen naar binnen en
buiten.
Training van de armen (afb. I)
Bij deze oefening moet het artikel zodanig sta-
an, dat de beweging op borstbeen- en –hoogte
resp. onder uw schoudergewrichten plaatsvindt.
Let erop dat tijdens het stretchen de elleboogge-
wrichten lichtjes gebogen zijn.
32
NL/BE
1. Plaats het artikel vóór u op een vlak, stabiel
en slipvrij oppervlak (bv. Op tafelhoogte) en
ga ontspannen en rechtop met een rechte rug
op een stoel zitten.
2. Zet uw voeten heupbreed uit elkaar op de
vloer en richt het bekken voorwaarts.
3. Span de buikspieren aan, zet uw boven-
lichaam rechtop en trek de schouderbladen
naar de wervelkolom. Houd bij de oefening
doorlopend de buikspieren op spanning.
Uw schouders blijven daarbij neer.
4. Leg uw handpalm zodanig op de pedalen,
dat de pedaallus zich boven uw hand bevindt.
5. „Fiets" met de handen. Uw hoofd bevindt zich
in het verlengde van de wervelkolom. Let erop
dat u uw hoofd niet overdreven veel strekt.
Weergavefunctie display
Het display heeft verschillende weergavemodi,
tussen welke u door het indrukken van de knop
kunt wisselen:
• SCAN: in deze modus worden de verschillen-
de weergavemodi afwisselend aangegeven.
• TIME: in deze modus wordt de duur van uw
actuele training voor u aangegeven.
• CNT: in deze modus worden de tijdens de
actuele training doorlopen rondjes aange-
geven.
• CAL: in deze modus worden de door u tijdens
de actuele training verbruikte calorieën aan-
gegeven.
Opmerking: het verbruik van calorieën is
daarbij slechts een globale richtwaarde.
• R.P.M.: in deze modus wordt de snelheid in
toeren per minuut voor u aangegeven.
Opmerking: bij niet-gebruik schakelt het dis-
play na ca. vier minuten automatisch uit.
Waarde op nul zetten
Druk ca. vier seconden lang op de knop om
weer op de waarde 0 te komen.
Stretchen
Neem na elke training voldoende tijd om te
stretchen. Hierna beschrijven wij voor u een
eenvoudige oefening. Doe na de training
de stretchoefening 1 keer per zijde à 10-15
seconden.