• Gebruik nooit benzine, benzeen,
thinner, alcohol of iets dergelijks
om de machine te reinigen.
Deze stoffen kunnen leiden
tot verkleuring, vervorming of
barsten. Reinig de machine
uitsluitend met een vochtige
doek en een zachte borstel.
• Reinig de machine niet met een
tuinslang of hogedrukreiniger.
Let bij het vervoeren van de machine op de volgende
punten:
• Schakel de motor uit, haal de stekker uit het stopcontact
en wacht tot het snijgereedschap stopt.
• Pas de diepte van het snijgereedschap aan de
transporthoogte aan.
• Vervoer de machine altijd aan de handgreep.
• Voorkom zware klappen of heftige trillingen.
• Zet de machine stevig vast als u deze op een voertuig
vervoert.
Voer na elk gebruik de volgende stappen uit:
• Schakel de motor uit, haal de stekker uit het stopcontact
en wacht tot het snijgereedschap stopt.
• Reinig het grasopvangsysteem. Berg de machine op in
een droge ruimte.
• Controleer, reinig en bewaar de machine in een droge
ruimte.
Voer de volgende werkzaamheden regelmatig uit:
• Controleer of alle klemmen, zoals schroeven, moeren
enzovoort stevig vastzitten.
• Controleer op defecten zoals losse, versleten of
beschadigde onderdelen. Vervang deze indien nodig.
• Controleer of de kappen en afschermingen niet
beschadigd of vervormd zijn.
• Als de machine opvallend veel begint te trillen tijdens
gebruik, kan dat veroorzaakt worden door een
snijgereedschap dat uit balans of vervormd is als
gevolg van botsingen tegen voorwerpen. Laat het
snijgereedschap in dat geval repareren of vervangen
door een erkend onderhoudscentrum.
• Het snijgereedschap raakt na verloop van tijd versleten.
Controleer regelmatig de staat en stabiliteit van het
snijgereedschap. Vervang het als het versleten of bot
geworden is.
• Reinig en smeer alle schroefonderdelen voordat u de
machine opbergt.
63