•
Probeer nooit meerdere laders met elkaar te verbinden.
5 APPARAAT-OVERZICHT
SAU15033
1
Ventilatiesleuf
2
Laadcontacten
3
LED-weergave van de laadstatus
SAU16509
1
Ventilatiesleuf
2
Laadcontacten
3
LED-weergave van de laadstatus
Alle modellen
6 ACCU LADEN
Voor alle veiligheidsmaatregelen met betrekking tot hantering,
opslag, opberging, transport, verwijdering van de lithium-ionbatterij,
eerstehulpmaatregelen en maatregelen voor brandbestrijding, vindt u
in het "productveiligheidsinformatieblad" op www.sabo-online.com in
de gebruiksaanwijzingen.
Informatie-telefoonnummer voor lithium-ionbatterijen
+49 (0) 2261 704-0
Wanneer wordt de accu geladen
Vóór de eerste inbedrijfstelling
–
De lithium-ionbatterij werd vóór verzending gedeeltelijk opgeladen. Laad de batterij
volledig op voor het eerste gebruik om optimale prestaties van de batterij te
garanderen (zie hoofdstuk 'Hoe wordt de batterij opgeladen').
Al naar behoefte
–
Om de beschikbare lading te controleren, drukt u op de knop om de stand van de
batterij weer te geven (zie hoofdstuk 'Weergave batterijstand') en laad de batterij
dienovereenkomstig op.
–
De batterij kan op elk moment worden opgeladen.
–
Het onderbreken van het laadproces beschadigt de batterij niet.
Bij een langere periode van niet-gebruik
–
Als de batterij een lange periode niet wordt gebruikt, moet ze om de 2 maanden
volledig worden opgeladen.
Hoe wordt de accu geladen (Afbeelding W1 )
OPMERKING
Langzamer opladen is beter voor de batterij en verlengt haar levensduur (zie ook
hoofdstuk 'Laadtijd').
–
Sluit de batterijlader aan op een stopcontact van 230 V W1 .
–
Schuif de batterij in de lader W1 . Zorg ervoor dat de batterij vast in de
batterijlader zit.
–
De LED-weergave op de lader geeft de huidige laadstatus van de batterij aan.
LED-weergave van de lader
SAU15033
LED 1
Licht
rood op
Licht
rood op
Licht
rood op
Licht
rood op
Licht
rood op
SAU16509
LED 1
Licht rood
op
Licht rood
op
Licht rood
op
Knippert
rood
Knippert
rood
Alle modellen
Wat te doen bij foutweergave
–
Als de lader na het plaatsen van de batterij een fout weergeeft, verwijdert u de
batterij en plaatst u deze na ongeveer 1 minuut terug.
Als de lader geen fout meer weergeeft, is de batterij in orde.
–
Als de lader nog steeds een fout weergeeft, verwijdert u de batterij en trekt u de
stekker van de lader uit het stopcontact. Sluit de lader na ongeveer 1 minuut weer
aan op het stroomnet en plaats de batterij opnieuw in de lader.
Als de lader geen fout meer weergeeft, is de batterij in orde.
–
Als de lader nog steeds een fout weergeeft, is de batterij defect en moet u deze
vervangen.
–
Als de lader aangeeft dat de batterij volledig is opgeladen, kan deze uit de lader
worden verwijderd (zie ook hoofdstuk 'Laadtijd').
–
Haal de stekker van de lader uit het stopcontact wanneer deze niet in gebruik is.
–
Om de beschikbare lading te controleren, drukt u op de batterijstand-
weergaveknop (zie hoofdstuk 'Weergave batterijstand').
Controle van de lader
Indien de accu niet juist wordt opgeladen:
–
Controleer de contactdoos met een ander apparaat dat werkt op elektriciteit, bijv.
een leeslampje e.d., dat zoals is gebleken correct functioneert.
Controleer of de contactdoos niet is uitgeschakeld.
–
Controleer of de laadcontacten niet door vuil of vreemde voorwerpen zijn
kortgesloten.
–
Toelaatbare temperatuurbereik van 7°C tot 40°C bij het laden in acht nemen
3
LED 2
Betekenis
Licht rood
Batterij laadt op
op
Licht
Batterij is volledig opgeladen
groen op
Batterij is te warm (ongeveer 30
Licht
minuten verwijderen om af te
oranje op
koelen)
Uit
Gereedheid
Knippert
Fout (zie ook hoofdstuk 'Wat te
rood
doen bij foutweergave')
LED 2
Betekenis
Uit
Gereedheid
Knippert
Batterij laadt op
groen
Licht
Batterij is volledig
groen op
opgeladen
Batterij is te warm
(ongeveer 30
Uit
minuten
verwijderen om af
te koelen)
Fout (zie ook
Knippert
hoofdstuk 'Wat te
groen
doen bij
foutweergave')