7. Proefdraaien
• Draadloze afstandsbediening
De ononderbroken zoemergeluiden zijn afkomstig uit het ontvangstgedeelte van het binnenapparaat.
Het knipperen van het bedieningslampje.
• Afstandsbediening met snoer
Controleer de code die in het LCD-scherm wordt weergegeven.
• Indien het apparaat niet op de juiste manier kan worden bediend nadat het bovenstaande proefdraaien is uitgevoerd, dient u de onderstaande tabel te raadplegen om de
oorzaak weg te nemen.
Afstandsbediening met draad
PLEASE WAIT
PLEASE WAIT → Foutcode
Schermberichten verschijnen niet
terwijl de bedieningsschakelaar is
ingeschakeld (bedieningslampje licht
niet op).
Bij een draadloze afstandsbediening zoals hierboven beschreven, is het volgende van toepassing:
• Er worden geen signalen van de afstandsbediening geaccepteerd.
• De OPE-lamp knippert.
• De zoemer maakt een kort piepend geluid.
Opmerking:
Bediening is niet mogelijk gedurende ongeveer 30 seconden na het annuleren van de functieselectie. (Juiste werking)
Raadpleeg de onderstaande tabel voor een beschrijving van de LED's (LED 1, 2, 3) op het bedieningspaneel binnen.
LED 1 (spanning voor microcomputer)
LED 2 (spanning voor afstandsbediening)
LED 3 (communicatie tussen binnen- en buitenapparaat)
76
Symptoom
LED 1, 2 (printplaat in buitenapparaat)
Gedurende
Na het oplichten van LED 1 en 2, wordt LED 2
ongeveer 2
uitgeschakeld, en blijft alleen LED 1 oplichten.
minuten na het
(Juiste werking)
inschakelen
Alleen LED 1 licht op. → LED 1 en 2 knipperen.
Nadat ongeveer
2 minuten zijn
verstreken na het
inschakelen
Alleen LED 1 licht op. → LED 1 knippert
tweemaal, LED 2 knippert eenmaal.
Geeft aan of er spanning voor de bediening wordt geleverd. Zorg ervoor dat deze LED brandt.
Geeft aan of er spanning aan de afstandsbediening wordt geleverd. Deze LED brandt alleen
wanneer het binnenapparaat is aangesloten op het koeleradres "0" van het buitenapparaat.
Geeft de toestand van de communicatie tussen de binnen- en buitenapparaten aan. Zorg ervoor
dat deze LED altijd knippert.
Oorzaak
• Gedurende ongeveer 2 minuten na het inschakelen
is het gebruik van de afstandsbediening niet mogelijk
vanwege het opstarten van het systeem. (Juiste
werking)
• Het aansluitstuk voor het beschermingsapparaat van
het buitenapparaat is niet aangesloten.
• Draai de fasebedrading om of open deze bij het
aansluitblok (L1, L2, L3) van het buitenapparaat.
• Onjuiste bedrading tussen het binnen- en
buitenapparaat (onjuiste polariteit van S1, S2, S3)
• Snoer van de afstandsbediening is te kort.