Funcionamiento
Las unidades de visualización muestran
el estado del gas monitorizado. Éstas
consisten en 4 elementos:
— Luces indicadoras de estado
— Superficie para etiquetas
— Alarma acústica
— Tecla para silenciar la alarma
acústica y para la prueba de
funcionamiento.
El panel de alarma subsidiario
Monitor 3G - AMS es un panel de alarma
de emergencia que está instalado en un
lugar separado de la unidad de control
de área correspondiente. Puede indicar
alarmas para un máximo de 3 gases.
El panel de alarma subsidiario
Monitor 6G - AMS es un panel de alarma
de emergencia que está instalado en un
lugar separado de la unidad de control
de área correspondiente. Puede indicar
alarmas para un máximo de 6 gases.
Funcionamiento normal
Si la presión de la tubería medida en la
unidad de control de área se encuentra
dentro de una tolerancia del
— +/–20 % de la presión nominal de
O
, N
O, CO
, AIR y AIR 800
2
2
2
o
— es superior a –0,34 bar (presión
relativa) para VAC,
1 la luz verde estará encendida.
Alarma
Si la presión de la tubería se encuentra
fuera de esta tolerancia, se activa una
alarma.
Si la presión es superior al
— +20 % de la presión nominal de O
N
O, CO
, AIR y AIR 800
2
2
o
— inferior a –0,4 bar (presión relativa)
para VAC,
1 la luz verde se apaga y
2 la luz roja empieza a parpadear.
• Una alarma acústica es activada.
1
,
2
1
2
Bedrijf
De display units tonen de status van het
bewaakte gas. Ze bestaan uit
4 elementen:
— Statuslampjes
— Tekstveld
— Akoestische alarmgever
— Toets voor het onderdrukken van het
akoestische alarm en de functietest.
Het Monitor 3G - AMS
onderalarmpaneel is een
noodalarmpaneel dat op een andere
locatie dan de bijbehorende
zonebewakingseenheid wordt
geïnstalleerd. Hierop kunnen
alarmsignalen voor maximaal 3 gassen
worden weergegeven.
Het Monitor 6G - AMS
onderalarmpaneel is een alarmpaneel
dat op een andere locatie dan de
bijbehorende zonebewakingseenheid
wordt geïnstalleerd. Hierop kunnen
alarmsignalen voor maximaal 6 gassen
worden weergegeven.
Normaal bedrijf
Indien de leidingdruk gemeten in de
zonebewakingseenheid
— +/–20 % van de nominale druk voor
O
, N
O, CO
, AIR en AIR 800
2
2
2
bedraagt of
— hoger is dan –0,34 bar relatief bij
VAC,
1 brandt het groene lampje.
Alarm
Als de leidingdruk buiten het
tolerantiebereik ligt, wordt een alarm
geactiveerd.
Als de druk hoger is dan
— +20 % van de nominale druk voor O
N
O, CO
, AIR en AIR 800
2
2
of
— lager is dan –0,4 bar relatief bij VAC,
1 gaat het groene lampje uit
2 en gaat het rode lampje knipperen.
• Er wordt een akoestisch alarmsignaal
geactiveerd.
,
2
7