- Lijn nr. 2 MAX0X.X
+
Met de toetsen (16)
de luchtcompressor instellen (normaal gezien 0). Bevestigen door op toets (18)
zich verplaatsen op het cijfer van de eenheden. Met de toetsen (16)
de eenheden van de maximum druk (in Bar), aan de luchtcompressor toegekend. De toets (18)
de decimale waarde van de druk instellen door steeds met toets (18)
bar - normaal gezien 0,3 - 1,0 bar minder als de aan de pomp nr. 1 toegekende waarde).
- Lijn nr. 2 MIN0X.X
+
Met de toetsen (16)
compressor instellen (normaal gezien 0). Bevestigen door op toets (18)
verplaatsen op het cijfer van de eenheden. Met de toetsen (16)
eenheden van de maximum druk (in Bar), aan de luchtcompressor toegekend (in het voorbeeld 5.3 bar – normaal gezien
van 0,5 tot 1,0 minder als de maximum druk).
ENTER
De toets (18)
drukken en de decimale waarde van de druk instellen door steeds met toets (18)
bevestigen (in het voorbeeld 5.3 bar – normaal gezien van 0,5 tot 1,0 minder als de maximum druk).
Hoofdstuk 8 – GROEPEN MET PERIODIEKE AUTOTEST
Als men voorziet, dat een drukgroep lange periodes van inactiviteit zou kunnen hebben, gedurende dewelke de pompen
nooit opstarten, is het aan te raden de installatie met apparatuur voor het periodiek opstarten van de pompen en het
signaleren van eventuele defecten uit te rusten, dit om functioneringsongemakken te vermijden, die te wijten zijn aan
de inactiviteit (vastlijmen van de mechanische houder, enz...).
Deze hebben bijkomend de volgende apparatuur :
1) wekelijkse programmator
2) electroklep
3) automatische drukschakelaar
4) akoestisch alarm
Beschrijving van de functionering
De wekelijkse programmator wordt in het electrisch paneel bijgevoegd en zodanig geprogrammeerd dat op het uur van
de vooraf vastgestelde dag van de week, deze het programma voor de sequentiële opstarting van de pompen met de
volgende opvolging activeert : de electroklep opent zich en de pomp nr. 1 start, na één minuut sluit de electroklep
zich en de pomp stopt. Indien de pomp niet correct functioneert : de opening van de electroklep bepaalt de daling van
de netspanning en de automatische drukschakelaar, hierbij zijn contact sluitend, na de eventueel ingestelde
vertragingstijd, activeert de sequentie van het defect : het akoestisch alarm rinkelt, op het display van het toetsenbord
verschijnt het volgende bericht :
F.C. NAKIJKEN
IJKING GROEP
ANOMALIA
het rode lampje (4)
waarden terugkeert, stoppen de pompen, het akoestisch alarm zwijgt automatisch, het display begint opnieuw de waarde
van de netspanning te tonen, het rode lampje (4)
van de pompen niet regelmatig functioneert. Om het rode lampje (4)
tot wanneer het rode lampje (5)
AUT
(6)
oplicht.
-
of (17)
het cijfer van de tientallen van de waarde van de maximum druk van
-
of (17)
het cijfer van de tientallen van de waarde van de minimum druk van de
knippert, alle pompen worden één per één opgestart. Indien de netspanning tot de normale
MAN
oplicht, nogmaals de toets (18)
+
ENTER
ENTER
+
of (17)
ANOMALIA
blijft doorgaan met knipperen om te evidentiëren dat één
ANOMALIA
M
A
ENTER
te drukken. De cursor zal
-
of (17)
het cijfer instellen van
ENTER
te bevestigen. (In het voorbeeld 5.8
te drukken. De cursor zal zich
-
het cijfer instellen van de
te doven, de toets (18)
drukken tot wanneer het groene lampje
NL
drukken en
ENTER
te
M
drukken
A
95