2.4 Gebruik deze lader voor het opladen alleen 12V lood-zuur, calcium, gel en
AGM-type oplaadbare batterijen met een nominale capaciteit van 6-130 Ah.
Hij is niet bedoeld voor het leveren van voeding aan een ander
laagspanningssysteem dan een startmotor. Gebruik deze batterij lader
niet voor het opladen van droge batterijen die vaak worden gebruikt bij
huishoudelijke apparaten of lithium-ion batterijen worden gebruikt in mobiele
telefoons, laptops, elektrische gereedschappen, etc. Deze accu's kunnen
barsten en lichamelijk letsel en materiële schade veroorzaken.
2.5 NOOIT een bevroren accu opladen.
2.6 Overweeg om iemand in de buurt te hebben die u kan helpen als u in de
nabijheid van een loodzuuraccu werkt.
2.7 Zorg dat er voldoende vers water en zeep in de buurt zijn, voor het geval dat
accuzuur in contact komt met uw huid, kleding of ogen.
2.8 Draag volledige oog- en lichaamsbescherming, met inbegrip van een
veiligheidsbril en beschermende kleding. Zorg dat u uw ogen niet aanraakt
terwijl u in de buurt van de accu werkt.
2.9 Als accuzuur in contact komt met uw huid of kleding, de plaats onmiddellijk
met water en zeep wassen. Als zuur in uw oog komt, het oog onmiddellijk
ten minste 10 minuten spoelen met koud stromend water en onmiddellijk
medische hulp inroepen.
2.10 Als accuzuur per ongeluk wordt ingeslikt, melk, eiwit of water drinken.
GEEN braken opwekken. Onmiddellijk medische hulp inroepen.
3. VOORBEREIDING VOOR OPLADEN
WAARSCHUWING
WAARSCHUWING
Z
3.2
org dat de ruimte om de accu goed geventileerd is terwijl de accu wordt opgeladen.
3.3 Maak de accupolen schoon voordat u de accu laadt. Zorg tijdens het schoonmaken
dat zwevende corrosiedeeltjes niet in contact komen met uw ogen, neus en mond.
Neutraliseer het accuzuur met natriumcarbonaat en water om zwevende corrosiedeeltjes
te helpen elimineren. Uw ogen, neus of mond niet aanraken.
3.4 Voeg gedestilleerd water toe aan elke cel totdat het accuzuur het niveau bereikt dat
door de accufabrikant is opgegeven. Niet te ver vullen. Bij een accu zonder afneembare
celdoppen, zoals klepgereguleerde loodzuuraccu's (VRLA), de oplaadinstructies van de
fabrikant zorgvuldig opvolgen.
3.5 Zorg dat u alle instructies voor de oplader, accu, het voertuig en alle apparatuur die in de
buurt van de accu en oplader wordt gebruikt leest, begrijpt en opvolgt. Bestudeer bij het
opladen alle specifieke voorzorgsmaatregelen en de aanbevolen oplaadsnelheid van de
accufabrikant.
3.6 Bepaal de spanning van de accu door de gebruikershandleiding van het voertuig te
raadplegen en zorg dat de keuzeschakelaar voor de uitgangsspanning op de juiste
spanning is ingesteld. Als de oplader een instelbare oplaadsnelheid heeft, dient u de accu
eerst op de laagste snelheid op te laden.
3.7 Zorg dat de klemmen van de opladerkabel goed vastzitten.
RISICO VAN CONTACT MET ACCUZUUR. ACCUZUUR IS EEN
UITERST CORROSIEF ZWAVELZUUR.
3.1 Als het nodig is om de accu uit het voertuig te halen om hem
op te laden, altijd de geaarde klem eerst verwijderen. Zorg dat
alle accessoires in het voertuig zijn uitgeschakeld om vonken te
voorkomen.
•
•
65