Installatie pomp
De Panther pomp kan op iedere geschikte plek binnen de apparatuur, de kokers of lege
ruimtes geïnstalleerd worden, tot 1 meter boven de sensor. Mogelijke installatiewijzes zijn
hieronder afgebeeld. (Fig.7) Binnen de klimaatregelaar. (Fig.8) In een hol plafond boven
de klimaatregelaar. (Fig.9) In de kokers of spouwmuur.
Waar mogelijk dient de pomp geplaatst te worden op, of gewikkeld te worden in
schuimrubberisolatie, en de kabels en slangen dienen vastgezet te worden om trillingen en
geluid te beperken.
Fig.7.
Bekabeling
Verbind de aarddraad, stroomdraad en neutrale draad van de stroomvoorzieningskabel
van de PANTHER pomp met de contactpunten (zie Fig.10). Dit product moet aangesloten
zijn op een schakelaar met contactscheiding in alle polen, die zorgen voor een volledige
afsluiting van de stroomvoorziening bij overspanning categorie III. Er dient een zekering
zonder vertraging (250V, 1A) te worden aangesloten op de lijn, aan de
stroomvoorzieningszijde (zie Fig.10).
Kabelverbindingen
Kleur draad
1
GROEN/ GEEL
2
ZWART
3
WIT
4
PAARS
5
PAARS
Alarmcontacten
Spanningsvrije verbinding met
onderbreking bij storing, geclassificeerd
als 5 ampère 1250VA. Het kan nodig
zijn een relais te gebruiken als de
voorziening van de klimaatregelaar
omgeschakeld moet worden.
Fig.8.
Verbinding
AARDE
STROOM
NEUTRAAL
Alarmcontact
Alarmcontact
Fig.9.
Symbool
E
L
N
VOEDING
E
L
N
1A
FUSE
1
2
3
CONTROLE
SCHAKELAAR
4
5
Fig.10.
NL
33