NL
7
Storingen
7.1
Algemeen
Neem contact op met de Holmatro-dealer als de geboden oplossingen niet het gewenste resultaat
opleveren of in geval van andere problemen. Vermeld bij storingen of reparatie altijd het type en het
serienummer van het apparaat.
7.2
De koppelingen koppelen of ontkoppelen niet.
/i
Mogelijke oorzaak
De voorzijde van de koppelingen is vuil.
Het gereedschap en/of de slang staan onder druk.
Dit kan worden veroorzaakt door
temperatuurwisselingen tijdens opslag en
transport.
De vrouwelijke koppeling is defect.
De koppelingen zijn niet goed op elkaar uitgelijnd
voor het koppelen.
De koppelingen zijn niet goed op elkaar uitgelijnd
voor het ontkoppelen.
De borgring van de vrouwelijke koppeling is
geblokkeerd door vuil.
7.3
De koppelingen blijven niet gekoppeld
/i
Mogelijke oorzaak
De buitenring zit vast tijdens het koppelen.
Het borgmechanisme in de vrouwelijke koppeling
werkt niet.
De vrouwelijke koppeling is defect.
7.4
Het gereedschap werkt niet of niet naar behoren
/i
Mogelijke oorzaak
Eén of meerdere koppelingen zijn niet goed
gekoppeld.
De pomp bevat geen olie meer.
22
Oplossing
Reinig de koppelingen.
Gebruik het drukontlastgereedschap om de druk
af te laten.
Laat een door Holmatro gecertificeerde technicus
dit herstellen.
Lijn beide koppelingen correct op elkaar uit, druk
ze in één vloeiende beweging tegen elkaar en zet
ze vast.
Ondersteun en begeleid de mannelijke koppeling
bij het ontkoppelen.
Controleer de borgring van de vrouwelijke
koppeling en reinig deze.
Oplossing
Houd de slang tijdens het koppelen bij de
buigrestrictie vast.
•
Reinig de vrouwelijke koppeling met schoon
stromend water.
•
Droog de koppeling af en behandel de
binnenzijde van de buitenring met
conserverende olie.
•
Plaats en verwijder de stofkap of de
mannelijke koppeling herhaaldelijk, totdat de
buitenring terugspringt.
Laat dit herstellen door een door Holmatro
gecertificeerde technicus.
Oplossing
Ontkoppel en koppel de koppeling(en) opnieuw.
Olie bijvullen.
916.001.554_004
CT51** (RH)(ST)