Corrente normale di
funzionamento (tutte le
aree inserite)
Uscita open collector
(terminale OUT)
Dimensioni con coperchio
(L x A x P)
Peso
Temperatura di
funzionamento
Umidità
Combinazioni codice:
5 cifre
9 cifre
Grado di protezione IP
Tipo ACE (protezione
antimanomissione)
Certificazione e conformità
Costruttore
UTC Fire & Security Americas Corporation, Inc.
3211 Progress Drive, Lincolnton, NC, 28092, USA
Rappresentante costruttore EU autorizzato:
UTC Fire & Security B.V.
Kelvinstraat 7, 6003 DH Weert, Netherlands
Certificazione
Requisiti di sistema EN 50131-1
Apparecchiatura di controllo e indicazione EN 50131-3
Grado di sicurezza 3, Classe ambientale II
Testata e certificata da Telefication B.V.
UTC Fire & Security dichiara che questo dispositivo è
conforme ai requisiti applicabili e le disposizioni di una
o più delle direttive 1999/5/CE, 2014/30/EU e
2014/35/EU. Per ulteriori informazioni, vedere
www.utcfireandsecurity.com o www.interlogix.com.
2002/96/EC (Direttiva WEEE): I prodotti
contrassegnati con questo simbolo, non possono
essere smaltiti nei comuni contenitori per lo
smaltimento rifiuti, nell' Unione Europea. Per il loro
corretto smaltimento, potete restituirli al vostro
fornitore locale a seguito dell'acquisto di un prodotto
nuovo equivalente, oppure rivolgervi e consegnarli
presso i centri di raccolta preposti. Per maggiori
informazioni vedere: ww.recyclethis.info.
Informazioni di contatto
www.utcfireandsecurity.com o www.interlogix.com
Per l'assistenza clienti, vedere www.utcfssecurityproducts.it
NL: Installatie instructies
De eenheid monteren
Het klepje van de GI scharniert aan de onderzijde. Als u het
klepje wilt openen, neemt u het aan de zijkanten of bovenaan
vast en trekt u er zachtjes aan. Dit zal dan naar beneden
klappen. Het klepje kan ook volledig worden verwijderd door
28 / 48
ATS1110/1111
ATS1115/1116 con
lettore Smart Card
26 mA a 13.8 V
35 mA a 13.8 V
15 V max. a 50 mA max
92 x 165 x 25.4 mm
300 g
305 g
Da −10 a +50°C
<95% senza condensa
100 000
1 000 000 000
IP30
B
een van de pinnen voorzichtig uit de GI unit te nemen. De
metalen montageplaat aan de achterzijde is met een
borgschroef bevestigd. Als u de metalen montageplaat wilt
verwijderen, draait u de schroef ten minste 8 mm los, schuift u
de montageplaat naar beneden en trekt u de onderzijde van de
montageplaat weg van de GI unit.
Bevestig de metalen montageplaat op het montageoppervlak
met de drie meegeleverde schroeven. Bij gebruik van de
kabelinvoer aan de achterzijde (door de montageplaat heen),
dient u in het montageoppervlak een opening te maken waar
de kabel door heen kan. Stel de GI adres in met de
dipswitches 1 tot 4 (zie "Dipswitchinstellingen van de GI"
hieronder). Sluit de busbekabeling af met behulp van de
terminator (dipswitch 5), indien nodig, in.
WAARSCHUWING:
Voordat u de GI aansluit, dient u eerst de
voeding van het controlepaneel uit te schakelen.
Plaats aan de achterzijde van de GI de kunststof afdekkapjes
(meegeleverd) op de niet-gebruikte kabelinvoeropeningen.
Plaats de GI op de montageplaat en klik hem vast door de unit
ongeveer 8 mm te laten zakken. Draai de borgschroef onder
aan de GI goed aan, maar draai de schroef niet te vast.
Figuur 2 items
1.
Kabelinvoergat
2.
Dipswitches
3.
Databus-aansluitingen
Bediendeel op het controlepaneel
aansluiten
Raadpleeg de installatiehandleiding van het ATS-
controlepaneel voor instructies.
Sabotageschakelaar
Zie figuur 2.
Het systeem werkt alleen correct als de sabotageschakelaar
op de achterzijde is ingedrukt. De sabotageschakelaar wordt
bediend en afgeschermd door de GI op de montageplaat te
monteren en deze vervolgens naar de beneden te schuiven tot
aan de aanslag. Tijdens de werking verschijnt op het LCD-
display "GI Sabotage" wanneer de sabotageschakelaar niet
meer is ingedrukt.
Dipswitchinstellingen van de GI
Zie figuur 3.
Aan de achterzijde van de GI bevinden zich dipswitches
(figuur 2) waarmee de GI-adres en de databus afsluiting
(TERM) wordt ingesteld. Deze instellingen worden beschreven
in de volgende hoofdstukken.
•
TERM-dipswitch: Gebruik dipswitch 5 om TERM in te
stellen op "AAN", indien nodig. Op de databus mogen er
niet meer dan twee Terminators op "AAN" worden
ingesteld. Raadpleeg de installatiehandleiding van het
controlepaneel voor meer informatie over het gebruik van
Terminators.
•
GI-adres: Stel het GI-adres in met de dipswitches 1–4.
P/N MAINST-ATS111x (ML) • REV D • ISS 24JUN14
4.
Sabotageschakelaar
5.
Borgschroef