VEILIGHEIDSINSTRUCTIES EN WAARSCHUWING
Bij normaal gebruik is tussenkomst van een gebruiker niet nodig. De installatie, zowel
de bevestiging als het elektrische gedeelte, en onderhoud dienen alleen uitgevoerd te
worden door de fabrikant of zijn servicedienst, of in ieder geval door een persoon met
vergelijkbare vaardigheden, om alle risico's te vermijden. De elektrische installatie van
apparatuur moet worden uitgevoerd in overeenstemming met deze installatie-instructies
en met alle landelijke en plaatselijke wetgeving voor veiligheid met betrekking tot
elektriciteit.
Om het risico op brand, elektrische schokken en persoonlijke verwondingen te
beperken, moeten de volgende veiligheidsinstructies in acht worden genomen:
Deze pomp is alleen bedoeld voor gebruik binnenshuis en alleen met water (max.
25°C).
ALLE voedingen losmaken alvorens te beginnen met de installatie, aansluiting of
onderhoudswerkzaamheden.
Deze pomp is voorzien van een aardleiding. Om het risico op elektrische schokken
te beperken, dient u er zeker van te zijn dat hij is aangesloten op een goed geaard
stopcontact.
Alle verbindingsslangen en -kabels dienen opgeborgen te worden binnen de
airconditioning unit of op andere wijze te zijn weggeborgen.
Zorg er tijdens de elektrische installatie voor dat deze condenspomp aangesloten is
op een stroomkring met een schakelaar met contactscheiding in alle polen, die
zorgen voor een volledige afsluiting van de stroomvoorziening bij overspanning
categorie III.
Tijdens de elektrische installatie dient er een zekering zonder vertraging (250V, 1A)
te worden aangesloten op de lijn, aan de stroomvoorzieningszijde; zie het gedeelte
over de elektrische installatie.
De stroomkabel is niet vervangbaar. Als de stroomkabel beschadigd is, dient de
gehele pomp te worden vervangen.
Kinderen moeten onder toezicht worden gehouden zodat ze niet alleen worden
gelaten in de ruimte waar de pomp in gebruik is.
Kinderen of personen met verminderde lichamelijke, zintuiglijke of geestelijke
vermogens, die hen beperken in de bediening van het apparaat, moeten van een
verantwoordelijke persoon instructies krijgen over het gebruik ervan.
Er mogen geen chemische stoffen in aanraking komen met de pomp. Verwijder de
pomp uit het systeem alvorens schoonmaakmiddelen of andere chemicaliën te
gebruiken. Spoel het systeem met schoon water voordat de pomp weer aangesloten
wordt.
Alle fittingen op deze pomp zijn ontworpen om met de hand bevestigd te kunnen
worden. Het gebruik van gereedschap om leidingen aan te sluiten kan schade aan de
pomp tot gevolg hebben.
Bij installaties waar een niet-werkende of lekkende pomp kan leiden tot materiële en/of
gezondheidsschade, is het ten zeerste aanbevolen het alarmrelais te gebruiken om het
alarm aan te zetten en/of de airconditioning unit uit te schakelen.
NL
23