6.Als de ventilator uit mocht gaan door eventuele stroomstoringen
zal de generator binnen enkele seconden vanzelf afslaan,
dankzij het ingebouwde beveiligingssysteem.
De ventilator blijft werken. Herhaal de ontstekingsprocedure om
het apparaat weer in te schakelen.
7.Als de ontsteking niet wil vlotten, probeer dan niet steeds
maar weer de vlam te laten ontsteken, maar zoek eerst naar de
oorzaak van het probleem.
N.B.: Afhankelijk van het type generator kan men de
thermische potentie van de generator reguleren ofwel door
middel van de regulatieknop die zich op de basis van de
generator bevindt, ofwel door midddel van de regulatieknop
aan de buitenkant van het apparaat. Op deze wijze verkrijgt
men de minimale en de maximale potentie van het apparaat
zoals beschreven in de tabel met de technische gegevens.
-
+
-
+
�
�
INWERKINGSTELLING VAN DE
HANDMATIGE, dual voltage-
MODELLEN, ...KW DV
1.De stand van de schakelaar (220/240 - 110) controleren.
Indien de schakelaar niet op de juiste spanningswaarde staat,
dient men de twee schroeven waarmee het kapje vastzit los te
schroeven en de schakelaar naar de juiste stand te draaien.
2.Doorgaan
zoals
beschreven
(inwerkingstelling van de handmatige modellen, ...kW).
3.Houd de gasknop ingedrukt
terwijl u herhaaldelijk op de
elektrische ontstekingsknop
drukt.
4.Als de vlam aan is, de
gasknop gedurende 15
seconden ingedrukt houden
om de veiligheidsfumcties te
activeren.
5.Nu de knop loslaten; als
het goed is blijft de vlam nu
branden.
15 kW M
30 kW M
30 kW M DV
53 kW M
53 kW M DV
73 kW M
73 kW M DV
op
het
vorige
UITSCHAKELEN
•Laat de ventilator ongeveer 60 seconden doordraaien om het
afkoelen te bevorderen.
GEBRUIK IN RUIMTEN
WAARIN ZICH PERMANENT
MENSEN OF DIEREN
BEVINDEN
•De generatoren kunnen in alle goed geluchte vertrekken
gebruikt worden, als het percentage van vervuilende stoffen
in die lucht onder de schadelijkheidsgrens voor de gezondheid
ligt.
•Men kan van een "goed gelucht vertrek" spreken als het volume
van dat vertrek (in kubieke meters) minstens 30 keer zo groot is
als het nominale vermogen (in kW) van alle apparaten die in dat
vertrek gebruikt worden, en als een normale luchtcirculatie door
ramen en deuren of permanente openingen gegarandeerd is.
Afmetingen hiervan (in vierkante meter) moeten minstens 0,003
keer zo groot zijn als het nominale vermogen (in kW) van alle
apparaten in dat vertrek.
•Het apparaat dient niet gebruikt te worden voor het permanent
verwarmen van stallen of boerderijen.
GEBRUIK IN RUIMTEN
WAARIN ZICH NIET
PERMANENT MENSEN OF
DIEREN BEVINDEN
•Er moeten waarschuwingen worden aangebracht die aangeven
dat men zich niet permanent in dat vertrek dient op te houden.
•De generatoren mogen alleen in droge vertrekken gebruikt
worden, mits men zich ervan verzekerd heeft dat er genoeg
frisse luchttoevoer is (nodig voor de verbranding).
•Er is genoeg lucht aanwezig als het volume in kubieke meters
van het vertrek minstens 10 keer het nominale vermogen (in
kW) heeft van alle apparaten die eventueel in dat vertrek
gebruikt worden.
•Een normale luchtcirculatie moet gegarandeerd zijn door
middel van ramen en deuren.
ZOMERVENTILATIE
De verwarmer kan ook gebruikt worden als ventilator. Schakel
het gas uit en ontkoppel de flexibele gasslang van de gasfles.
punt
Steek de stekker in een geschikt stopcontact en zet de
schakelaar in stand I.
•Draai de gasfles dicht.
•Zet de schakelaar in stand 0.
2
NL