BEDIENING
WAARSCHUWING
Motoren geven koolmonoxide af, een reukloos,
kleurloos, gifgas.
Het inademen van koolmonoxide kan
misselijkheid, flauwvallen of de dood
veroorzaken.
•
Start en gebruik de motor buiten.
•
De motor niet in een afgesloten ruimte starten of
gebruiken, zelfs niet met open deuren of ramen.
OPGEPAST: Deze motor is door Briggs & Stratton zonder
olie verzonden. Zorg er voordat u de motor start voor dat olie
wordt bijgevuld volgens de instructies in deze handleiding.
Wanneer U de motor zonder olie start, zal deze onherstelbaar
beschadigen en dit zal niet door garantie gedekt zijn.
1. Controleer het oliepeil. Zie het Olie controleren/To-
evoegen hoofdstuk.
2. Zorg ervoor dat aandrijvingbedieningen, indien hier-
mee uitgerust, zijn ontkoppeld.
3. Draai de brandstofkraan (A, Afb. 6), indien hiermee uit-
gerust open.
4. Beweeg de toerentalbediening (B) naar de stand "fast"
(=snel) laat de motor draaien op de snel stand.
5. Zet de gecombineerde choke-/gashendel (C) in de
chokestand.
NOOT: Over het algemeen hoeft u de choke niet te ge-
bruiken bij het herstarten van een warme motor.
6. Draai het contactslot (D) naar de stand "on"
(=aan)/"start" (Afb. 4).
OPM.: Neem contact op met een erkende verdeler als de
motor ook na herhaalde pogingen niet aanslaat.
OPGEPAST: Start om de levensduur van de startmotor te
verlengen steeds kortstondig (maximaal vijf seconden).
Wacht één minuut tussen twee startpogingen.
7. Beweeg wanneer de motor opwarmt de chokebedien-
ing (C) naar de run stand.
16
Met de zitmaaier rijden
1. Ga op de bestuurdersstoel zitten en pas de positie van de
stoel zo aan dat u gemakkelijk bij alle bedieningsele-
menten kan en het display op het dashboard kan lezen.
2. Activeer de parkeerrem.
3. Zorg ervoor dat de PTO-schakelaar uitgeschakeld is.
4. Start de motor (zie De motor starten ).
5. Schakel de parkeerrem uit en laat het rempedaal los.
6. Duw het vooruitrijsnelheidspedaal in om vooruit te rijden.
Laat het pedaal los om te stoppen. Merk op dat hoe meer
het pedaal wordt ingedrukt, hoe sneller de zitmaaier rijdt.
7. Stop de zitmaaier door de rijsnelheidspedalen los te laten,
de parkeerrem te activeren en de motor stil te leggen (zie
De zitmaaier en motor stopzetten ).
Maaien
1. Zet de maaihoogte in de gewenste stand met behulp
van de hendel van het maaidekhefsysteem.
2. Trek de handrem aan. Zorg dat de PTO-schakelaar uit-
geschakeld is.
3. Start de motor (zie De motor starten ).
4. Zet de gashendel in de stand VOL.
5. Schakel de PTO in om de maaibladen te activeren.
6. Begin te maaien.
OPM.: Als het alarmsignaal „opvangzak vol" klinkt, moet
u de PTO onmiddellijk uitschakelen om te voorkomen
dat de afvoerbuis verstopt raakt. Rijd naar een
geschikte plaats en leeg de opvangzak (zie De op-
vangzak legen).
7. Wanneer u klaar bent, schakelt u de PTO uit en tilt u
het maaidek met behulp van de hendel van het
maaidekhefsysteem op.
8. Stop de motor (zie De zitmaaier en motor
stopzetten ).
WAARSCHUWING
De motor slaat af als het achteruitrijsnelheidspedaal
wordt ingedrukt terwijl de PTO is geactiveerd en de RMO
niet werd geactiveerd. De bestuurder moet de PTO altijd
uitschakelen voor met de zitmaaier op of over wegen,
paden of andere plaatsen wordt gereden die door andere
voertuigen kunnen worden gebruikt. Het plotselinge
verlies van aandrijving zou een risico in kunnen houden.
www.simplicitymfg.com