Belangrijke Opmerkingen - Velleman AT5399 Manual Del Usuario

Prueba de alcoholemia digital
Tabla de contenido

Publicidad

Idiomas disponibles
  • ES

Idiomas disponibles

4. Automatische reiniging van de sensor
Giet een paar druppeltjes wijn in de dop wanneer u het toestel voor het eerst of voor het eerst in
een week gebruikt. Zo schakelt u de ASC functie in (automatische reiniging van de sensor).
Schuif de dop in het mondstuk. Breng vervolgens nieuwe batterijen in OF schakel het toestel uit
en houd de BLOW en START toetsen gedurende 3 seconden ingedrukt. Een piepgeluidje geeft
aan dat het toestel de sensor nu aan het reinigen is. De LED indicators gaan één voor één
branden.
Na vijf minuten is het reinigingsproces afgelopen. Dit wordt bevestigd door de knipperende
ready LED en door de piepgeluidjes.
Merk op dat de reiniging van de sensor te allen tijde kan worden onderbroken. Houd de START
knop gedurende 3 à 4 seconden ingedrukt tot het toestel piept.
5. Alarmsignalen
veilig
alarmniveau
waarschuwing
0.5‰
alarmniveau
buitensporig
niveau
Opmerking : Het alarmniveau van uw AT5399 staat afgedrukt in de linkerbenedenhoek aan de
achterkant van de behuizing. Velleman gebruikt het AT5399 model met een
alarmniveau van 0.5‰.

6. Belangrijke opmerkingen

1. Zorg ervoor dat er geen alcoholresidu in het toestel is voor u de volgende meting verricht.
Houd de BLOW knop gedurende minstens 5 seconden ingedrukt om verse lucht binnen te
laten. U kunt ook een paar keer schudden met het toestel om hetzelfde resultaat te bereiken.
2. De ERROR LED knippert en het toestel piept voortdurend (I) indien u niet blaast wanneer de
ready LED knippert of (II) indien u de BLOW knop niet gedurende 5 seconden ingedrukt
houdt tijdens het blazen.
3. Na 5 tests moet u het toestel zo'n 5 minuten laten rusten.
4. Bij herhaaldelijk gebruik moeten de omgevingsfactoren min of meer
constant blijven om onbetrouwbare resultaten te vermijden.
5. Draai het mondstuk in tegenwijzerzin om het los te schroeven wanneer
de binnenkant vuil is. Maak het mondstuk schoon en schroef het weer
vast.
6. Sla het toestel op in een droge omgeving wanneer u het niet gebruikt.
7. De figuur hiernaast geeft aan welke LEDs gaan knipperen wanneer de
batterijen te zwak worden. Het toestel begint ook ritmisch te piepen.
8. De meetresultaten zijn onnauwkeurig indien de geteste persoon
diabetes heeft.
9. Testen in een omgeving waar kamertemperatuur heerst, biedt een goede garantie voor
nauwkeurige resultaten.
AT5399
laag
De LO LED indicator licht op indien het meetresultaat < 0.2‰
De .02 LED indicator licht op indien het meetresultaat 0.2‰ is.
De .05 LED indicator licht op indien het meetresultaat tussen
De .08 LED indicator licht op en het toestel piept indien het
meetresultaat ≥ 0.5‰ (alarmniveau) en < 0.8‰.
De .09 LED indicator licht op en het toestel piept indien het
0.2‰ en 0.5‰ ligt.
meetresultaat ≥ 0.9‰
4
LO
BAT
LEDs
VELLEMAN

Publicidad

Tabla de contenido
loading

Tabla de contenido