nederlands
DIAGNOSTIEK EN HET OPSPOREN VAN DEFECTEN EN STORINGEN
Het apparaat voert twee testsessies uit:
1.
Bij de start-up, controleert het de status van de module en de interne verbindingen,
alvorens het bedieningsrelais van de motor te bekrachtigen;
2.
Tijdens run-time, bewaakt het de bedrijfsomstandigheden wanneer het relais wordt
aangestuurd en de lading van de accu.
Indien tijdens de controle alarmomstandigheden worden vastgesteld, wordt er een
storingscode weergegeven op het display dat zich op de voorkant van het apparaat
bevindt en wordt de werking van de lier verhinderd.
Storingstabel
Permanent brandende led: geen enkele storing, apparaat ingeschakeld en niet geactiveerd
Langzaam knipperende led: geen enkele storing, apparaat in werking
Aantal malen
knipperen
BATTERY UNDER
1
VOLTAGE/
DISCHARGED
CURRENT SENSOR
2
ERROR
3
COIL ERROR
INTERNAL SYSTEM
4
ERROR
BUTTON PRESSED AT
5
START-UP
TWO BUTTONS
6
PRESSED
INTERNAL SYSTEM
7
ERROR
BATTERY
8
OVERVOLTAGE
48
STORING
Ga over tot het opladen van de accu,
controleer of het apparaat compatibel
is met de installatie aan boord.
Contact opnemen met de Harken
Service / het apparaat vervangen.
Contact opnemen met de Harken
Service / het apparaat vervangen.
Contact opnemen met de Harken
Service / het apparaat vervangen.
De knop loslaten / controleer de
bekabeling
De knoppen loslaten en slechts één
knop indrukken.
Contact opnemen met de Harken
Service / het apparaat vervangen.
Controleren of het apparaat compatibel
is met de installatie aan boord.
OPLOSSING
®
®
®
®