arts en de fabrikant van het implantaat te raadplegen
alvorens dit gereedschap te bedienen.
WAARSCHUWING: Bij omgang met elk
gereedschap bestaat het risico dat er vreemde
voorwerpen in uw ogen geslingerd worden, wat ernstig
oogletsel tot gevolg kan hebben. Voordat u begint met het
gebruik van het elektrisch gereedschap dient u altijd een
beschermende bril of een veiligheidsbril met zijstukken en
een spatscherm als dat nodig is te dragen. Wij adviseren
een Wide Vision Safety Mask over een gewone bril te
dragen, of een standaardveiligheidsbril met zijstukken.
BELANGRIJK
LEES AANDACHTIG VÓÓR
GEBRUIK.
BEWAAR VOOR LATERE
NASLAG.
1. Lees de gebruiksaanwijzingen zorgvuldig. Zorg dat u
vertrouwd bent met de bedieningsknoppen en de
juiste omgang met het gereedschap.
2. Laat in geen geval kinderen of personen die deze
gebruiksaanwijzing niet gelezen hebben de
grasmaaier gebruiken. De leeftijd van de gebruiker
kan landelijk gereglementeerd zijn.
3. Gebruik de grasmaaier in geen geval als er personen,
met name kinderen of dieren in de buurt zijn.
4. Denk eraan dat de gebruiker aansprakelijk is voor
ongevallen en onvoorziene gebeurtenissen die
personen of hun eigendommen kunnen overkomen.
5. Draag tijdens het maaien altijd stevige schoenen en
een lange broek. Gebruik de grasmaaier niet met
blote voeten of met open sandalen. Draag geen
loszittende kleding of kleding waaraan loshangende
koorden of riempjes zitten.
6. Controleer het gehele terrein dat u wilt maaien grondig
en verwijder alles wat door het gereedschap kan
worden weggeslingerd.
7. Voer vóór gebruik altijd altijd een visuele controle uit of
het maaimes, de mesbout of het maaimechanisme
versleten of beschadigd is. Vervang het versleten of
beschadigd maaimes en mesbout altijd samen, om
onbalans te voorkomen. Vervang beschadigde of
onleesbare stickers.
8. Controleer voor gebruik het netsnoer en verlengsnoer
op tekenen van beschadiging of slijtage. Als het snoer
tijdens gebruik beschadigd raakt, moet u de stekker
onmiddellijk uit het stopcontact trekken. RAAK HET
SNOER NIET AAN VOORDAT DE STEKKER UIT
HET STOPCONTACT IS GETROKKEN. Gebruik het
gereedschap niet als het netsnoer beschadigd of
versleten is.
9. Werk alleen bij daglicht of bij goed kunstlicht.
10. Gebruik de grasmaaier bij voorkeur niet wanneer het
gras nat is.
11. Zorg er op een helling altijd voor dat u stevig staat.
12. Loop rustig, nooit te snel.
13. Maai met cirkelmaaiers met wielen een helling altijd in
de dwarsrichting en nooit van boven naar beneden.
14. Ga altijd uiterst voorzichtig te werk bij het veranderen
van richting op een helling.
15. Maai niet op bijzonder steile hellingen.
16. Pas goed op als u de grasmaaier achteruit laat rijden
of naar u toe haalt.
17. Het maaimes moet stilstaan wanneer de grasmaaier
bij het vervoeren moet worden gekanteld, wanneer de
grasmaaier over een oppervlak waar geen gras groeit
moet worden verplaatst en bij het vervoer naar en van
een te maaien gedeelte.
18. Gebruik de grasmaaier nooit met defecte
afschermingen of zonder veiligheidsvoorzieningen
zoals een achterklep en/of grasopvangbak.
19. Start de motor voorzichtig volgens de aanwijzingen en
houd uw voeten uit de buurt van het maaimes.
20. Kantel de grasmaaier niet bij het starten of
inschakelen van de motor, behalve wanneer dit nodig
is. Kantel in dit geval alleen zo ver als nodig is en
alleen aan de van u afgekeerde zijde.
21. Start de motor niet als u voor het uitwerpkanaal staat.
22. Kom niet met uw handen of voeten in de buurt van of
onder draaiende delen. Blijf altijd uit de buurt van de
uitwerpopening.
23. De grasmaaier nooit optillen of dragen wanneer de
motor loopt.
24. Zet de motor af en koppel de stekker. Controleer of
alle bewegende delen volledig tot stilstand zijn
gekomen.
- iedere keer als u het gereedschap onbeheerd
achterlaat;
- voordat u een verstopping opheft of voordat u het
uitwerpkanaal leegt;
- voordat u de grasmaaier controleert, reinigt of er
werkzaamheden aan gaat verrichten;
- na het raken van een vreemd voorwerp. Controleer
of de grasmaaier beschadigd is en laat deze indien
nodig repareren voordat u de grasmaaier opnieuw
gaat starten en gebruiken.
Als de grasmaaier op ongebruikelijke manier begint
te trillen (onmiddellijk controleren):
- inspecteer op beschadigingen;
- vervang of repareer alle beschadigde delen;
- controleer op eventueel loszittende delen en zet
ze vast.
25. Schakel de grasmaaier uit:
- iedere keer als u de grasmaaier onbeheerd
achterlaat.
26. Laat de bouten en de schroeven vastgedraaid zitten
om er zeker van te zijn dat het gereedschap altijd op
een veilige manier gebruiksklaar is.
27. Controleer regelmatig de grasopvangbak op slijtage
en beschadigingen.
28. Vervang veiligheidshalve versleten of beschadigde
delen.
29. Gebruik de grasmaaier niet met een beschadigd of
versleten netsnoer.
30. Steek geen beschadigd netsnoer in het stopcontact of
raak een beschadigd netsnoer niet aan voordat de
stekker uit het stopcontact is getrokken. Bij een
beschadigd netsnoer is het mogelijk in aanraking te
komen met delen die onder stroom staan.
35