12.6. Einde van het wasprogramma
Bij het einde van het wasprogramma wordt een geluidssignaal weergegeven.
Draai de waterkraan dicht.
Schakel de wasmachine uit.
Trek de stekker van de wasmachine uit het stopcontact.
Open de wasmachinedeur en haal het wasgoed uit de machine.
Laat de deur van het apparaat open staan zodat de binnenkant van de machine
kan drogen.
12.7. Een ander programma selecteren
Ga voor het veranderen van programma als volgt te werk:
Druk op de toets
Draai de programmaknop in de stand
Stel daarna het nieuwe wasprogramma in.
Druk op de toets
Het wasprogramma start.
12.8. Water afpompen
Om bijv. na het afbreken van een programma het resterende water volledig af te
pompen, zet u de programmaknop op het centrifugeerprogramma
ren
en drukt u op de toets
Druk opnieuw op de toets
centrifugeren begint en om de deur te ontgrendelen.
Draai de programmaknop in de stand
12.9. Extra functies instellen
12.9.1. Temperatuurkeuze
Druk meerdere keren op de toets Temp (13) om de gewenste temperatuur voor
het geselecteerde wasprogramma in te stellen.
Afhankelijk van het wasprogramma ziet u in de display de volgende instelmogelijk-
heden: 20°C - 40°C - 60°C - 80°C.
12.9.2. Centrifugetoerental
Druk meerdere keren op de toets SpinSpeed (centrifugesnelheid) om de cen-
trifugeersnelheid bij het afpompen van het water in te stellen.
Afhankelijk van het wasprogramma worden op de display (3) volgende instellings-
mogelijkheden weergegeven: 400 - 600 - 800 - 1000 - 1200
(9) om een programma af te breken.
(9).
(9). Het water wordt afgepompt.
om het programma uit te schakelen voordat het
(8) om het apparaat uit te schakelen.
(8) om het apparaat uit te schakelen.
DE
FR
NL
ES
Centrifuge-
137