15. Dit apparaat moet aangedreven worden door een voedingsbron, zoals aangegeven op het
specificatieplaatje. Als u twijfelt over het type voeding dat gebruikt wordt in uw huis,
raadpleeg dan a.u.b. uw dealer of plaatselijk energiebedrijf.
16. Het stopcontact moet in de buurt van de apparatuur zijn geïnstalleerd en eenvoudig te
bereiken zijn.
17. Overbelast stopcontacten of verlengsnoeren niet. Overbelasting kan brand of een
elektrische schok veroorzaken.
18. Apparaten met een Klasse 1 structuur dienen te worden aangesloten op een stopcontact
met een beschermende aardverbinding.
19. Apparaten met een Klasse 2 structuur vereisen geen aardverbinding.
20. Houd ze uit de buurt van knaagdieren. Knaagdieren knauwen graag aan voedingskabels.
21. Houd altijd de stekker vast wanneer u deze uit het stopcontact trekt. Trek nooit aan de
voedingskabel. Dit kan tot een kortsluiting leiden.
22. Vermijd om het toestel te plaatsen op een ondergrond die blootgesteld kan worden aan
trillingen of schokken.
23. Om het apparaat tijdens onweer te beschermen, haalt u de netvoedingadapter uit het
stopcontact.
24. Wanneer het apparaat voor een lange periode niet in gebruik is, haalt u de
netvoedingadapter om veiligheidsredenen uit het stopcontact.
25. Gebruik een zacht, droog doekje om het apparaat te reinigen. Gebruik geen
oplosmiddelen of op benzine gebaseerde vloeistoffen. U kunt een vochtig doekje met
verdund schoonmaakmiddel gebruiken om hardnekkige vlekken te verwijderen.
26. De leverancier is niet verantwoordelijk voor schade of verloren gegevens veroorzaakt door
storing, misbruik, modificatie van het apparaat of batterijvervanging.
27. Onderbreek nooit de verbinding wanneer het apparaat formatteert of bestanden
overdraagt. De gegevens kunnen anders corrupt of verloren raken.
28. De USB-geheugenstick dient direct in het apparaat te worden gestoken. Gebruik geen
USB-verlengkabel, omdat die kan leiden tot storingen met foutieve gegevens als gevolg.
29. Het apparaat mag niet worden blootgesteld aan druppels of spatten en zorg ervoor dat er
geen met vloeistof gevulde voorwerpen, zoals vazen, op of nabij het apparaat zijn
geplaatst.
30. Om de verbinding met de stroomaansluiting volledig te verbreken, moet de stekker van
het apparaat uit het stopcontact worden gehaald, omdat de stekker van het apparaat de
hoofdschakelaar is.
31. De stekker van het apparaat mag niet worden belemmerd en moet tijdens gebruik
eenvoudig toegankelijk worden gehouden.
32. Batterijen mogen niet aan overmatige hitte, zoals zonlicht, open vuur e.d. worden
blootgesteld.
33. Een afstand van minimaal 10 cm rondom het apparaat is nodig voor voldoende ventilatie.
34. De ventilatie mag niet worden gehinderd door het bedekken van de ventilatieopeningen
met voorwerpen zoals kranten, tafelkleden, gordijnen etc.
35. Plaats geen bronnen met een open vlam, zoals brandende kaarsen, op het apparaat.
36. Aandacht voor het milieu is nodig bij het verwijderen van de batterijen.
13