C
Het apparaat gebruiken
Opmerking: De Bluetooth-
functie werkt het best binnen
een bereik van 10 meter zonder
obstakels.
AUX-IN werking
•
Sluit uw audioapparaat aan op de
AUX IN aansluiting aan de bovenkant
van het toestel met behulp van een
AUX IN-kabel (audiokabel niet inbe-
grepen).
•
Druk op FUNCTION/
om de AUX modus te selecteren.
•
Draai de VOLUME knop op het toestel
of regel het volume vanaf het randap-
paraat om het volume van de muziek
naar het gewenste niveau te verhogen
of te verlagen.
•
Start het afspelen vanaf uw audioap-
paraat.
Line In-modus
Bovenpaneel
•
Sluit de aansluitkabel van het extern
apparaat aan op de LINE IN
aansluiting (audiokabel niet inbegre-
pen).
•
Gebruik FUNCTION/
speelbron te selecteren.
•
Draai de VOLUME knop op het toestel
of regel het volume vanaf het randap-
paraat om het volume van de muziek
naar het gewenste niveau te verhogen
of te verlagen.
•
Start het afspelen vanaf uw audioap-
paraat.
26
NL
Radiowerking
•
Naar een radiostation zoeken
op het toestel
Als u de frequentie van uw gewenst af te
spelen station weet:
•
Naar een voorkeuzestation zoeken
•
•
Stations automatisch in het geheugen
(3,5
mm)
opslaan
•
om de LINE -af-
Druk op FUNCTION/
scherm FM en de radiofrequentie
weergeeft.
Opmerking: Voor de beste ra-
dio-ontvangst, leg de FM-an-
tenne aan de achterkant van het
toestel volledig open voordat u
het gebruikt.
Zoek een station door herhaaldelijk op
/TUN.+ of
/TUN.- te drukken.
Houd de knop ingedrukt om de stations
omhoog of omlaag te doorlopen. De
frequentie en het station worden op
het scherm weergegeven.
Om naar het volgende voorkeuzestati-
on te gaan, druk op 10/
Om naar het vorige voorkeuzestation
terug te gaan, druk op 10/
Om naar stations binnen het ont-
vangstbereik te zoeken en ze auto-
matisch in het geheugen op te slaan
als voorkeuzestations, druk en houd
/ /SCAN ingedrukt. Eenmaal de
zoekopdracht is voltooid, is het toestel
automatisch ingesteld op het voorkeu-
zestation met het nummer P01.
totdat het
/M+.
/M–.