Stryker 0747 Manual De Instrucciones página 273

• Houd altijd de extremiteiten van de patiënt en de bediener uit de buurt van de spindels van de onrusthekken wanneer u
de onrusthekken omhoog- of omlaagezet.
• Laat de onrusthekken niet zelf omlaagkomen.
Om een onrusthek omhoog te zetten, pakt u het onrusthek met twee handen vast. Licht het onrusthek op totdat de
vrijgavepal op zijn plaats vastklikt. Trek aan het onrusthek om te controleren of het onrusthek is vastgeklikt.
Om een onrusthek omlaag te zetten trekt u de vrijgavepal omhoog. Geleid het onrusthek naar de laagste stand.
O O p p m m e e r r k k i i n n g g - - Gebruik onrusthekken niet als middel om te voorkomen dat de patiënt van het product af komt. De
onrusthekken zorgen dat de patiënt niet van het product af kan rollen. De bediener moet bepalen welke mate van beperking
van de bewegingsvrijheid nodig is voor de veiligheid van de patiënt.
D D e e p p n n e e u u m m a a t t i i s s c c h h e e r r u u g g l l e e u u n n i i n n g g o o m m h h o o o o g g - - o o f f o o m m l l a a a a g g z z e e t t t t e e n n
W W A A A A R R S S C C H H U U W W I I N N G G
• Houd de handen en vingers altijd uit de buurt van de vrijzethendels van de rugleuning en het rugleuningframe wanneer u
de rugleuning omlaagzet.
• Wees altijd voorzichtig wanneer u een pneumatische rugleuning omhoogzet terwijl er een patiënt op het product
geplaatst is. Gebruik correcte tiltechnieken en roep zo nodig assistentie in.
Om de rugleuning omhoog te zetten, knijpt u de rode vrijzethendel van de rugleuning (A) in en trekt u de rugleuning
omhoog naar de gewenste stand (Afbeelding 4).
De rugleuning omlaagzetten:
1. Knijp de vrijzethendel van de rugleuning (A) in.
2. Druk de rugleuning omlaag naar de gewenste stand.
H H e e t t k k n n i i e e k k n n i i k k g g e e d d e e e e l l t t e e o o m m h h o o o o g g - - o o f f o o m m l l a a a a g g z z e e t t t t e e n n
Om het knieknikgedeelte (B) omhoog te zetten, draait u de kruk (A) rechtsom (Afbeelding 5).
0747-109-005 Rev C.0
A A f f b b e e e e l l d d i i n n g g 4 4 – – P P n n e e u u m m a a t t i i s s c c h h e e r r u u g g l l e e u u n n i i n n g g
A
13 NL